Zoekresultaat

85 resultaten
U heeft gezocht op: Hoger onderwijs

Sorteren op:
  • Wet op het lerarenregister

    Het vrijwillig lerarenregister wordt verplicht. Zo wordt gestimuleerd dat alle leraren consequent aan hun professionele ontwikkeling werken. Ook wordt de omschrijving van het beroep van leraar en de professionele ruimte van de leraar in de wet verankerd. Deze componenten zijn in onderlinge samenhang noodzakelijk als borging van de ontwikkeling van het leraarsberoep. We stellen u vragen over de werking van het register en vragen u expliciet naar de effecten van het voorstel voor het mbo.

  • Besluit kwaliteitsbekostiging hoger onderwijs

    Deze consultatie betreft het ontwerp van het Besluit kwaliteitsbekostiging hoger onderwijs. De basis voor dit besluit ligt in het akkoord "Investeren in Onderwijskwaliteit 2019-2014 "van de Minister van OCW met de Vereniging van Hogescholen, de VNSU, de LSVB en het ISO over de inzet van studievoorschotmiddelen. Met het besluit wordt het toekennen van kwaliteitsbekostiging mogelijk. Doel van het toekennen van kwaliteitsbekostiging is het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs.

  • Accreditatie onder voorwaarden

    Elke opleiding in het hoger onderwijs wordt elke zes jaar op kwaliteit beoordeeld door de NVAO (geaccrediteerd), op basis van advies van een commissie van deskundigen. Bij tekortkomingen wordt in beginsel geen accreditatie verleend. Deze regeling beschrijf in welke gevallen de NVAO hiervan kan afwijken en accreditatie onder voorwaarden kan verlenen (nu bekend als de “herstelperiode”).

  • Wetvoorstel wijziging rentepercentage lening hoger onderwijs

    Dit wetsvoorstel, een maatregel uit het Regeerakkoord, past de rentemaatstaf voor leningen in het hoger onderwijs aan. Momenteel wordt het rentepercentage vastgesteld op basis van het gemiddeld effectief rendement over de periode van 12 maanden (oktober voorgaande jaar t/m september huidige jaar) van de openbare lening, uitgegeven door de Staat der Nederlanden, met een gemiddelde resterende looptijd van 5 jaren. Dit wetsvoorstel past de gemiddelde resterende looptijd aan van 5 naar 10 jaren.

  • Besluit criteria meeneembare studiefinanciering hoger onderwijs

    Studenten in het hoger onderwijs kunnen met Nederlandse studiefinanciering in het buitenland te studeren, dit heet ‘meeneembare studiefinanciering’. Studenten kunnen in aanmerking komen voor meeneembare studiefinanciering als ze voldoen aan de voorwaarden die zijn opgenomen in de Wet studiefinanciering 2000. Na een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie worden de wettelijke voorwaarden gewijzigd en uitgewerkt in het Besluit studiefinanciering 2000.

  • Wet criteria meeneembare studiefinanciering hoger onderwijs

    Studenten in het hoger onderwijs kunnen met Nederlandse studiefinanciering in het buitenland te studeren, dit heet ‘meeneembare studiefinanciering’. Studenten kunnen in aanmerking komen voor meeneembare studiefinanciering als ze voldoen aan de voorwaarden die zijn opgenomen in de Wet studiefinanciering 2000. Na een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie moeten de wettelijke voorwaarden worden gewijzigd. Dat wordt met dit wetsvoorstel geregeld.

  • Wetsvoorstel en ontwerpbesluit halvering collegegeld

    In de WHW wordt een grondslag opgenomen om bij amvb het wettelijk collegegeld te verlagen. Het wettelijk collegegeld wordt gehalveerd voor studenten die vanaf studiejaar 2018/19 voor het eerst beginnen aan een opleiding (associate degree of bachelor) in het bekostigd hoger onderwijs (ho). Studenten aan een lerarenopleiding die vanaf 2018/19 voor het eerst beginnen met een opleiding in het ho kunnen twee jaar een halvering van het wettelijk collegegeld ontvangen. Dit is geregeld in het besluit.

  • Ontwerpbesluit verruiming uitbestedingsmogelijkheden naar het vavo

    Deze AMvB regelt dat minderjarige jongeren mét een havo- of vwo-diploma uitbesteed kunnen worden aan het vavo, om aldaar een of meer aanvullende vakken te volgen of reeds behaalde vakken te verbeteren met een hoger cijfer. Dit met oog op een vervolgopleiding. Deze groep jongeren wordt voor 50 procent bekostigd van de reguliere basisbekostiging.

  • Besluit experiment instellingsaccreditatie met lichtere opleidingsaccreditatie

    Met het experiment instellingsaccreditatie met lichtere opleidingsaccreditatie worden opleidingen van maximaal zes instellingen in staat gesteld om de externe en onafhankelijke peer review op opleidingsniveau meer zelf vorm te geven. De beoordeling van accreditatiestandaarden door de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) beperkt zich tot het beoogd en gerealiseerd eindniveau.

  • Besluit houdende uitwerking van de voorwaarden voor de terugbetaling van het levenlanglerenkrediet gelijktijdig met een reguliere studielening

    Met de Wet studievoorschot hoger onderwijs is een nieuwe leenfaciliteit geïntroduceerd voor de kosten van het les- of collegegeld voor studerenden tot 55 jaar: het levenlanglerenkrediet. Met dit besluit wordt, conform de uitgangspunten die tijdens de parlementaire behandeling zijn gemeld aan de Tweede Kamer, vastgelegd welke regels gelden wanneer er in de terugbetalingsperiode meerdere studieleningen, waaronder levenlanglerenkrediet, tegelijkertijd moeten worden terugbetaald