Zelfstandigenwet

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Bodegraven
Datum 28 mei 2025

Vraag1

Wilt u reageren op de Zelfstandigenwet? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
De Zelfstandigenwet kan pas effectief zijn als ook de overheid zelf zzp’ers op eerlijke en rechtvaardige wijze toelaat tot opdrachten. In de huidige praktijk gebeurt dit niet: veel ministeries en overheidsdiensten sluiten zelfstandigen bij voorbaat uit in aanbestedingen of functieprofielen – zelfs als de aard van de opdracht zelfstandige uitvoering toelaat.

Dit is onwenselijk. Niet alleen omdat dit strijdig is met het uitgangspunt van gelijke toegang tot de markt, maar ook omdat het tot onnodige kosten leidt. Ministeries werken hierdoor steeds vaker met detacheerders en intermediairs, die soms meer dan 30% opslag rekenen bovenop het zzp-tarief. Dit belast de publieke middelen en ondermijnt eerlijke concurrentie.

De tekstpassage die inmiddels standaard lijkt te zijn – “Als je de opdracht als zelfstandige wil uitvoeren, zou dit op basis van een projectovereenkomst kunnen. Je treedt dan tijdelijk in dienst voor de duur van het project.” – is in feite een dwangmiddel tot verkapte loondienst via een derde partij. Het miskent de zelfstandigheid van de opdrachtnemer en is in strijd met het doel van deze wet: helderheid én ruimte voor zelfstandig ondernemerschap.

Ik pleit ervoor dat:

Ministeries en andere aanbestedende diensten verplicht worden om zzp-inzet expliciet te toetsen op basis van de zelfstandigentoets en werkrelatietoets, voorafgaand aan een aanbesteding of uitvraag.

Het categorisch uitsluiten van zzp’ers wordt verboden, tenzij onderbouwd wordt waarom een arbeidsovereenkomst functioneel noodzakelijk is.

Er een rijksbreed inkoopkader komt dat modelovereenkomsten voor zzp’ers faciliteert en stimuleert.

Detacheerders niet langer exclusief toegang krijgen tot opdrachten die feitelijk zelfstandig uitgevoerd kunnen worden.

Deze wet moet niet alleen schijnzelfstandigheid tegengaan, maar ook schijndienstverbanden via tussenpersonen. Alleen dan is er sprake van een toekomstbestendige en eerlijke arbeidsmarkt.

Vraag2

Wat is volgens u een goede toetsbare invulling van de vijf criteria uit de zelfstandigentoets?
In overheidsopdrachten zou als drempeltoets gelden: is de zelfstandige aantoonbaar een ondernemer die werkt voor eigen rekening en risico, meerdere opdrachtgevers heeft, en zichzelf professioneel positioneert? Als dat zo is, dient inzet via een modelovereenkomst mogelijk te zijn.

Vraag3

Wat is volgens u een goede toetsbare invulling van de vier criteria uit de werkrelatietoets?
Juist overheden moeten het goede voorbeeld geven door opdrachten zodanig in te richten dat zelfstandige uitvoering mogelijk blijft, tenzij er aantoonbaar sprake is van functionele afhankelijkheid, werktijden die strikt gestuurd worden of leiding/gezag. In veel beleids-, advies- of projectmatige opdrachten is dit niet het geval. Een eenvoudige toets op afwezigheid van directe gezag, verplichte aanwezigheid en beoordelingscyclus zou voldoende moeten zijn.

Vraag4

Acht u het noodzakelijk en/of wenselijk om een extra wetsartikel op te nemen voor het geval een zelfstandig werkende niet (volledig) voldoet aan de criteria in het nieuw voorgestelde lid 2 van BW 7:610?

Zo ja, hoe zou de vormgeving van een dergelijk derde lid er volgens u dan uit moeten zien?

Zo nee, moet in een dergelijke situatie dan holistisch gekeken worden naar de criteria uit het tweede lid of biedt het huidig wettelijk kader voldoende houvast voor een dergelijke situatie?
Ja. In situaties waarin niet alle criteria zijn afgevinkt, maar de zelfstandige duidelijk géén werknemer is (bijvoorbeeld vanwege meerdere opdrachtgevers, eigen financiële risico’s, geen gezagsverhouding), moet ruimte zijn voor een integrale beoordeling.

Een derde lid kan dan luiden:

“Indien niet aan alle onderdelen van lid 2 is voldaan, kan de werkrelatie als zelfstandige worden aangemerkt indien op basis van een integrale beoordeling van de economische en organisatorische context sprake is van daadwerkelijk zelfstandig ondernemerschap.”