Zelfstandigenwet
Reactie
Naam | A Lam |
---|---|
Plaats | Alkmaar |
Datum | 17 juni 2025 |
Vraag1
Wilt u reageren op de Zelfstandigenwet? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.Als je wilt dat zelfstandigen net als werknemers voorziening (laten) treffen tegen het risico van arbeidsongeschiktheid en tegen inkomensverlies en/of armoedeval bij pensionering, regel dan precies dat: iedereen moet deze voorzieningen (laten) treffen, punt uit. Of mensen dat zelf regelen, of uitbesteden aan een gespecialiseerd bureau of aan een werkgever/opdrachtgever moet iedereen maar zelf bepalen, als het maar controleerbaar is.
Door in de wet geen onderscheid meer te maken tussen zelfstandigen en werknemers elimineer je de noodzaak dat kunstmatige onderscheid nader te preciseren.
Vraag2
Wat is volgens u een goede toetsbare invulling van de vijf criteria uit de zelfstandigentoets?"Een zelfstandige:
1. werkt voor eigen rekening en risico
2. voert een deugdelijke administratie
3. uit zich in het economisch verkeer als zelfstandig ondernemer"
Deze 3 punten zijn niet relevant, zie vraag 1.
--
"Een zelfstandige:
4. heeft een adequate voorziening getroffen tegen het risico van arbeidsongeschiktheid
5. voorziet in een proportionele bijdrage voor een voorziening tegen inkomensverlies en/of armoedeval bij pensionering."
Het inkomen is bekend bij de belastingdienst, de details van de verzekeringen zijn bekend bij de betreffende verzekeraar(s), dus als de wetgever bepaalt dat deze gegevens naast elkaar gelegd mogen worden en de begrippen 'adequaat' en 'proportioneel' kwantificeert (voortbordurend op de huidige regelingen voor werknemers) is de toetsing triviaal uitvoerbaar.
Vraag3
Wat is volgens u een goede toetsbare invulling van de vier criteria uit de werkrelatietoets?Deze toets is niet relevant, zie vraag 1.
Vraag4
Acht u het noodzakelijk en/of wenselijk om een extra wetsartikel op te nemen voor het geval een zelfstandig werkende niet (volledig) voldoet aan de criteria in het nieuw voorgestelde lid 2 van BW 7:610?Zo ja, hoe zou de vormgeving van een dergelijk derde lid er volgens u dan uit moeten zien?
Zo nee, moet in een dergelijke situatie dan holistisch gekeken worden naar de criteria uit het tweede lid of biedt het huidig wettelijk kader voldoende houvast voor een dergelijke situatie?
Zie vraag 1: door in de wet geen onderscheid meer te maken tussen zelfstandigen en werknemers elimineer je de noodzaak dat kunstmatige onderscheid nader te preciseren, laat staan daarbij rekening te houden met allerlei uitzonderingssituaties.