Zelfstandigenwet

Reactie

Naam Holoceen (F Zijlstra)
Plaats Bosschenhoofd
Datum 26 mei 2025

Vraag1

Wilt u reageren op de Zelfstandigenwet? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
De Zelfstandigenwet is een belangrijke en noodzakelijke stap om duidelijkheid te bieden over de positie van zzp’ers in de arbeidsmarkt. De voorgestelde dubbele toetsing is een goede benadering om het verschil te duiden tussen echte zelfstandigen en schijnzelfstandigen.

Wel wijs ik erop dat de wet alleen effectief kan zijn als zij erin slaagt om:

De uitbuiting van laaggeschoolde en economisch afhankelijke zzp’ers, zoals maaltijdbezorgers en platformwerkers, actief te voorkomen;

Tegelijkertijd voldoende ruimte biedt aan hooggekwalificeerde zelfstandigen die bewust kiezen voor ondernemerschap, vaak tegen tarieven boven de €100 per uur, en die geen behoefte hebben aan het traditionele werknemerschap.

Vraag2

Wat is volgens u een goede toetsbare invulling van de vijf criteria uit de zelfstandigentoets?
De vijf criteria uit de zelfstandigentoets zijn relevant en evenwichtig. Voor de toetsbaarheid stel ik de volgende invulling voor:

Werken voor eigen rekening en risico
? De zelfstandige ondertekent contracten op eigen naam, factureert zelf, en is aansprakelijk voor fouten of schade. Dit kan worden aangetoond via opdrachtovereenkomsten en aansprakelijkheidsverzekeringen.

Deugdelijke administratie voeren
? Inschrijving bij KvK, een BTW-nummer, en aantoonbare boekhouding (facturen, urenregistratie, kosten).

Zich gedragen als ondernemer in het economisch verkeer
? Beschikken over een eigen website, zakelijke communicatie, marketing, en deelname aan netwerken of beroepsverenigingen.

Adequate voorziening voor arbeidsongeschiktheid
? Aansluiting bij AOV-verzekering, broodfonds, of gelijkwaardige voorziening met een minimumdekking.

Proportionele bijdrage aan oudedagsvoorziening
? Jaarlijkse storting op pensioenproduct (zoals lijfrente of zzp-pensioen) met een minimumpercentage van het bruto-inkomen (bijvoorbeeld 5-10%).

Vraag3

Wat is volgens u een goede toetsbare invulling van de vier criteria uit de werkrelatietoets?
Vrijheid in organisatie van werk
? De zelfstandige bepaalt zelf de werkwijze, gebruikte methodes, inzet van hulpmiddelen en de volgorde van werkzaamheden. Dit blijkt uit opdrachtomschrijving en contractuele afspraken.

Vrijheid in organisatie van werktijd
? De zelfstandige bepaalt zelf wanneer hij werkt. Afspraken over bereikbaarheid zijn toegestaan, maar vaste werktijden, prikklokken of verplichte aanwezigheid duiden op werknemerschap.

Geen hiërarchische controle
? Er is geen leidinggevende die inhoudelijk toezicht houdt, instructies geeft of beoordelingen uitvoert. De zelfstandige levert een resultaat op, geen aanwezigheid of loyaliteit.

De bedoeling om anders dan via arbeidsovereenkomst te werken
? Beide partijen tekenen een modelovereenkomst waarin expliciet staat dat er geen arbeidsovereenkomst is beoogd, mits die intentie wordt bevestigd door de feitelijke werkwijze.

Vraag4

Acht u het noodzakelijk en/of wenselijk om een extra wetsartikel op te nemen voor het geval een zelfstandig werkende niet (volledig) voldoet aan de criteria in het nieuw voorgestelde lid 2 van BW 7:610?

Zo ja, hoe zou de vormgeving van een dergelijk derde lid er volgens u dan uit moeten zien?

Zo nee, moet in een dergelijke situatie dan holistisch gekeken worden naar de criteria uit het tweede lid of biedt het huidig wettelijk kader voldoende houvast voor een dergelijke situatie?
Ja, het is wenselijk om een aanvullend derde lid op te nemen in BW 7:610. Dit derde lid zou moeten voorzien in de volgende bepaling:

"Indien niet aan alle criteria van het tweede lid wordt voldaan, maar sprake is van een gemengde werkrelatie, kan op gemotiveerd verzoek een beoordeling plaatsvinden op basis van een weging van alle relevante omstandigheden, met inachtneming van sectorale risico’s en de economische afhankelijkheid van de werkende."

Dit maakt het mogelijk om in borderline-cases maatwerk toe te passen en voorkomt onterechte indeling als werknemer bij hooggekwalificeerde zelfstandigen, of juist ten onrechte zelfstandig gelaten platformwerkers.

Een puur holistische benadering zonder expliciete bepaling in de wet biedt te weinig houvast. Een aanvullend lid versterkt de rechtszekerheid en de handhaafbaarheid van de wet.