Wetsvoorstel maatregelen loondoorbetaling bij ziekte en WIA

Reactie

Naam VangNED B.V. h/o DossierMeester (mr. P.H. Lammerts)
Plaats Amsterdam
Datum 8 juli 2019

Vraag1

U kunt reageren op alle onderdelen van het wetsvoorstel en de toelichting daarop.
In aanvulling op mijn eerdere reactie op het voornemen* om het oordeel van de bedrijfsarts over de beperkingen en de inzetbaarheid leidend te maken bij de RIV-toets:

Blijkens de toelichting heeft deze maatregel tot gevolg dat de RIV-toets voortaan zal berusten op een arbeidsdeskundige beoordeling van het RIV-verslag** door een UWV-arbeidsdeskundige. Thans heeft UWV-verzekeringsarts de taak om de medische begeleiding door de bedrijfsarts te toetsen. Hij moet beoordelen of de bedrijfsarts het herstelgedrag en/of de adequaatheid van de gevolgde behandeling gedurende de wachttijd genoegzaam heeft bewaakt. Vervalt de RIV-toets op de medische begeleiding in enge zin? Met andere woorden: Kan UWV na 2021 nog een loonsanctie opleggen als de (bedrijfsarts van de) werkgever onvoldoende heeft gedaan om de werknemer te activeren om de juiste behandeling te volgen of af te ronden? Spreekt voor zich dat het antwoord op die vraag voor alle betrokkenen -- werknemer, werkgever, arbodiensten, UWV, verzekeraars -- van groot belang is. De minister heeft niet duidelijk gemaakt of die medische toets per 2021 wel of niet nodig is.

* De voorgestelde toevoeging aan art. 65 Wet WIA luidt: “Bij de beoordeling gaat het UWV uit van de weergave van de ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid wegens ziekte die blijkt uit de door de in artikel 25, vijfde lid, bedoelde personen of arbodienst verleende bijstand met betrekking tot de advisering over de ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid wegens ziekte van de verzekerde.”

** Het medische gedeelte van het RIV-verslag is louter toegankelijk voor de UWV-verzekeringsarts (of een gesuperviseerde). De UWV-arbeidsdeskundige mag geen medische gegevens verwerken.