Wet lokaal spoor

Dit wetsvoorstel geldt voor railverbindingen die onder decentrale verantwoordelijkheid vallen. De huidige wetgeving is gefragmenteerd, technisch gedetailleerd en weinig flexibel. Het toezicht is versnipperd.
De nieuwe wetgeving sluit aan op de huidige bestuurlijke verhoudingen waarbij provincie en stadsregio verantwoordelijk zijn voor het regionale OV. Zij zorgt voor een permanente verbetering van de veiligheid en maakt technische ontwikkelingen, zoals trams op hoofdspoorwegen, mogelijk.

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 30-06-2010
Einddatum consultatie 30-07-2010
Status Resultaat gepubliceerd
Type consultatie Wet
Organisatie Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
Onderwerpen Spoor

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd nadat de consultatie is gesloten. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.

Doel van de regeling

Het doel van de wetgeving is drieledig:
· het regelen van verantwoordelijkheden;
· het regelen van veiligheid;
· het opschonen van oude regelgeving en robuust maken van de nieuwe.

Bij de inrichting van het wetsvoorstel zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:
1. decentralisatie;
2. niet meer regelen dan nodig;
3. bevorderen van de integratie van vervoertechnieken;
4. bestendigen van de spoorveiligheid en bevorderen van permanente verbetering;
5. onafhankelijk toezicht.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

· 12 provincies en 7 plusregio’s die als OV-autoriteit opereren;
· Gemeenten;
· Openbaar vervoerbedrijven;
· Museumbedrijven die op lokale spoorwegen rijden;
· Verladers van goederen;
· Beheerders lokaal spoor infrastructuur;
· Leveranciers infrastructuur en materieel;
· Toezichthouders.

Verwachte effecten van de regeling

Het beoogde effect van dit wetsvoorstel is een transparant stelsel waardoor duidelijk is wie waar over gaat en aan welke eisen moet worden voldaan. De verdeling van verantwoordelijkheden sluit aan bij de wens van de overheid om meer decentraal te beleggen en leidt tot meer bestuurlijke slagvaardigheid. Doordat vervoerders en beheerders expliciet aandacht besteden aan veiligheid door middel van een veiligheidszorgsysteem en door onafhankelijk toezicht, neemt de veiligheid toe. In het veiligheidszorgsysteem geven beheerder en vervoerder aan hoe zij de veiligheid permanent verbeteren.

Doel van de consultatie

Inzicht krijgen in de mate van volledigheid van het wetsvoorstel en de verwachting over de werking van het voorstel.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd

De wet en de memorie van toelichting