Verzamelwet SZW 2023

Reactie

Naam Gemeente Amsterdam (Mr. L Kreca)
Plaats Amsterdam
Datum 29 maart 2022

Vraag1

Er worden geen specifieke vragen voorgelegd.
Oudercommissie: het voorstel sluit aan bij de huidige praktijk (knelpunt) waar blijkt het lastig te zijn om ook bij grote voorzieningen een volwaardige OC te organiseren. We zijn positief met enkele aandachtspunten:
- Goed om naar de definities te kijken of deze aansluiten bij bestaande definities (dagopvang, locatie, opvanglocatie) om risico te voorkomen dat een term op een andere plek in de wet al een andere invulling heeft.
- In de tekst van 158a lid 4 staat iets anders dan wat volgens de toelichting de bedoeling is. In de tekst van het artikel staat dat alle delen en het geheel van de OC het eens moeten zijn over alle beslissingen. Apart is ook het gebruik van “meerderheid”, terwijl het ook 1 persoon kan zijn.
- Wat is de terugvaloptie als de gecombineerde OC in de praktijk niet werkt? Wie beslist daarover? Wanneer?
Specifieke redactionele / technische punten artikelsgewijs hebben wij via VNG ingediend.

Voorstel VGO:
- De vraag rijst of dit puur een technische (beleidsarme) wijziging is. Zeker nu uit een ander wetsvoorstel blijkt dat die norm 1:1 leidt tot een bedrag dat betaald moet worden door de gastouderopvang (ouders). Het kan invloed hebben op het gebruik van de gastouderopvang of de winstgevendheid. Door deze intensiteitsnorm nu afzonderlijk te laten vaststellen, is dat minder inzichtelijk en staat die norm ook niet meer ter discussie.

- In de financiering is geen ruimte voor reistijd, terwijl dat bij de gastouderopvang veel hoger ligt in verhouding tot toezichtsuren, omdat je veel vaker voor een dichte deur staat en geen toezicht kan uitvoeren.

- Het wettelijk vastleggen van de toezichtnorm is niet nodig. Uit ervaring blijkt dat gemeenten de richtlijnen van IvO ook volgen zonder dat dat wettelijk is verplicht. Sterker nog, in de praktijk hanteren gemeenten al hogere norm dan wettelijke huidige 5% (in Amsterdam hanteren we al 50%).

- Het (nu) wettelijk vastleggen van de toezichtnorm is niet effectief omdat het niet leidt tot de beoogde kwaliteitsverbetering, als niet tegelijk ook de kwaliteitsvoorschriften voor de gastouderopvang wijzigen en/of de taken van het gastouderbureau. Daarbij: de sector is divers: denk ook aan opvang bij het kind thuis of door grootouders. Passen de nieuwe toezichtnormen ook daar?

- Vastleggen van de norm op wetsniveau is niet flexibel, want bij elke beleidswijziging is een wetswijziging nodig. Een optie is om de norm op te nemen in de lagere regelgeving (de Beleidsregel).