Rookwarenbesluit

Reactie

Naam Convenience Concept BV (Commercieel Manager E. Sprenger)
Plaats Son
Datum 4 september 2015

Vraag1

In de huidige Nederlandse wetgeving zijn maximumemmissieniveaus vastgesteld voor emissies van teer, nicotine en koolmonoxide in sigaretten. Voor shagtabak is op dit moment alleen een maximumemissieniveau voor teer vastgesteld. Met dit conceptbesluit is ervoor gekozen om, in artikel 2.1, tweede lid, voor shagtabak ook maximumemissieniveaus vast te stellen voor de emissies van nicotine en koolmonoxide (artikel 3, derde lid, van de Tabaksproductenrichtlijn). Dit vermindert de schadelijkheid van het product en vergroot de uniformiteit tussen maximumemissieniveaus van verschillende tabaksproducten.

Bent u het hiermee eens? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
Vanuit het gelijkheidsprincipe is Convenience Concept voorstander voor gelijke informatie/regelgeving voor beide productgroepen. Convenience Concept is echter niet overtuigd van het effect van het bepalen van maximale emissie niveaus voor Nicotine en Koolmonoxide, om de reden dat shag een halffabricaat is en de consument zelf het eindproduct samenstelt. Als gevolg hiervan zetten wij vraagtekens bij de betrouwbaarheid van deze informatie.

Vraag2

De artikelen 9 en 10 van de Tabaksproductenrichtlijn bepalen verdergaande verpakkingseisen voor tabaksproducenten door een informatieve boodschap en gecombineerde gezondheidswaarschuwing op de verpakkingen te eisen. De gecombineerde gezondheidswaarschuwing bestaat uit een afschrikwekkende illustratie en tekst. De richtlijn geeft echter de keuzevrijheid aan lidstaten om andere voor roken bestemde tabaksproducten dan sigaretten, shagtabak en waterpijptabak vrij te stellen van de informatieve boodschap en de gecombineerde gezondheidswaarschuwing. In dit conceptbesluit is, in artikel 3.2, eerste lid, geen gebruik gemaakt van deze vrijstelling. Een gedifferentieerde aanpak ten aanzien van de verpakking van verschillende tabaksproducten kan namelijk onbedoeld de indruk wekken dat het ene product minder schadelijk voor de gezondheid is dan het andere. Dit moet worden voorkomen.

Bent u het hiermee eens? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
De Tabaksproducten richtlijnen bieden een mogelijkheid om een uitzondering te maken ten aanzien van de nieuwe etikettering voorschriften voor sigaren, pijptabak en cigarillo’s. Gezien het belang van deze assortimentsgroep binnen onze winkels, willen we ervoor pleiten om deze groep uit te zonderen van de nieuwe etikettering voorschriften om de hierna genoemde redenen.
Sigaren, cigarillo’s en pijptabak worden met door volwassen, oudere, rokers gerookt. De Tabaksproducten richtlijnen van de Europese Commissie (overweging 26), laat ruimte om vrijstelling te verlenen aan een tabaksproducten die hoofdzakelijk gebruikt worden door oudere consumenten en kleine delen van de bevolking. Het toepassen van dezelfde maatregelen m.b.t. de afbeeldingen zal derhalve slechts beperkt bijdragen aan de doelstelling van de Europese Commissie ten aanzien van de bescherming van de volksgezondheid.
Een ander belangrijk argument om een uitzondering te maken ten aanzien van de etiketteringsvoorschriften is de mogelijkheid van de lidstaten om de uitzonderingen voor deze productgroep alsnog in te trekken, mocht blijken dat na evaluatie het profiel (leeftijd) van de rokers wezenlijk is gewijzigd na invoering van de nieuwe etiketteringsmaatregelen na mei 2016.
Tevens willen we benadrukken dat het belangrijk is voor de tabak speciaalzaken in met name het grensgebied met België en Duitsland, dat de concurrentie positie ten opzichte van het buitenland niet verder verslechterd. Vanwege de accijnsverschillen in de omliggende landen ten opzichte van Nederland, is er veel omzet binnen de tabak verschoven naar het buitenland. Zodra de etikettering regels alleen toegepast zullen worden binnen Nederland, zal de concurrentiepositie nogmaals aanzienlijk verslechterd worden.

Vraag3

De Tabaksproductenrichtlijn stelt diverse rapportageverplichtingen aan producenten en importeurs van tabaksproducten en elektronische sigaretten. Daarnaast geeft artikel 6, vierde lid, van de Tabaksproductenrichtlijn ruimte aan lidstaten om aanvullende informatie te vragen. Met dit conceptbesluit worden vooralsnog geen aanvullende rapportageverplichtingen opgelegd aan producenten en importeurs, bovenop de gegevens die producenten en importeurs al moeten verstrekken op grond van de Tabaksproductenrichtlijn. Pas als blijkt dat aanvullende informatie noodzakelijk is en de gegevens ook doeltreffend door de bevoegde autoriteit kunnen worden verwerkt, zal van deze beleidskeuze gebruik worden gemaakt.

Bent u het hiermee eens? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
Wij zien geen toegevoegde waarde in verdere uitbreiding van de rapportageverplichting. Onze ervaring leert dat de consument geen vragen stelt aan verkooppunten over de samenstelling van de producten.

Vraag4

In het voorgestelde artikel 4.3, derde lid, van het conceptbesluit wordt bepaald dat verslagen over additieven, die door producenten van sigaretten en shagtabak moeten worden ingediend, worden beoordeeld door een onafhankelijke wetenschappelijke instantie (artikel 6, vierde lid, van de Tabaksproductenrichtlijn). Hier wordt gebruik van gemaakt, zodat de verslagen objectief worden beoordeeld.

Bent u het hiermee eens? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
Als Convenience Concept hebben we geen reactie op deze vraag.

Vraag5

In de artikelen 18 en 20 van de Tabaksproductenrichtlijn wordt lidstaten de keuze geboden om grensoverschrijdende verkoop op afstand van tabaksproducten en elektronische sigaretten te verbieden of om een registratieplicht met leeftijdsverificatiesysteem te hanteren. Met dit conceptbesluit wordt, in de artikelen 5.5, 5.6 en 5.7, gekozen voor het invoeren van een registratieplicht en leeftijdsverificatiesysteem bij grensoverschrijdende verkoop op afstand van tabaksproducten en aanverwante producten. Hieronder valt ook grensoverschrijdende internetverkoop. De registratieplicht houdt in dat detaillisten die grensoverschrijdend tabaksproducten en/of elektronische sigaretten verkopen, zich dienen te registeren en een leeftijdsverificatiesysteem dienen te hanteren. Met een registratieplicht wordt het aanbod voor grensoverschrijdende verkoop op afstand zichtbaar en daardoor reguleerbaar. Bij een verbod is dit niet het geval. Daarom wordt voorgesteld te kiezen voor een registratieplicht.

Bent u het hiermee eens? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
Als Convenience Concept zijn we tegen een verbod op grensoverschrijdende verkoop. Mede vanwege het argument dat Nederland zoveel mogelijk het beleid van andere lidstaten moet volgen , om zo de concurrentie positie op een gelijk niveau te houden. Een registratieplicht voor deze vorm van verkoop is denkbaar.
Met betrekking tot grensoverschrijdende internetverkoop is Convenience Concept van mening dat een leeftijdsverificatiesysteem noodzakelijk is om verkoop aan jongeren onder de 18 jaar via internet zo goed als mogelijk uit te sluiten. Deze verplichting wordt immers ook terecht opgelegd aan de tabak speciaalzaken en wij onderschrijven derhalve een goed werkend leeftijdsverificatie systeem om ook op dit vlak oneerlijke concurrentie tegen te gaan. Een goede handhaving vanuit de overheid is hiertoe noodzakelijk.

Vraag6

De Tabaksproductenrichtlijn geeft lidstaten de ruimte om producenten en importeurs van tabaksproducten en aanverwante producten evenredige vergoedingen in rekening te brengen voor de verwerking en beoordeling van aangeleverde gegevens. Dit betekent dat producenten en importeurs een geldbedrag moeten betalen voor de onkosten die de overheid maakt om hun gegevens te verwerken en beoordelen. Van deze mogelijkheid wordt gebruik gemaakt, vanwege het profijtbeginsel. Producenten en importeurs hebben namelijk (financieel) voordeel bij het in de handel brengen van tabaksproducten en aanverwante producten. Het vaststellen van deze kostenvergoedingen (retributies) is in lijn met het rapport Maat houden II.

Bent u het hiermee eens? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet?
Als Convenience Concept hebben we geen reactie op deze vraag.

Vraag7

In paragraaf 5 van de nota van toelichting wordt een inschatting gemaakt van de regeldruk (administratieve lasten) voor de sector die zou kunnen ontstaan bij vaststelling van het conceptbesluit. Administratieve lasten zijn de kosten voor het bedrijfsleven om te voldoen aan informatieverplichtingen voortvloeiend uit wet- en regelgeving van de overheid.

Bent u het eens met de inschatting van de genoemde lasten? Zo ja, waarom wel? Zo nee, waarom niet en heeft u concrete suggesties ter verbetering?
De TPD voorziet in een overgangstermijn van 12 maanden. Deze termijn is door de Nederlandse overheid overgenomen.Voor de detailhandel is een overgangstermijn van 12 maanden noodzakelijk. De tabak speciaalzaken voeren we een breed assortiment waarbij ook producten zijn opgenomen met een lagere omloopsnelheid. De 12 maanden is dan ook noodzakelijk om derving en dus onnodige kosten, te voorkomen.

Bijlage