Wmo 2015: Wetsvoorstel resultaatgericht beschikken en vereenvoudigen geschilbeslechting

Reactie

Naam Zorgthuisnl (Drs. M.J. Oosterkamp)
Plaats Houten
Datum 12 februari 2020

Vraag1

In het wetsvoorstel is bepaald dat bij een beschikking met resultaatbeschrijving altijd een ondersteuningsplan wordt opgesteld. Het ondersteuningsplan maakt deel uit van de beschikking met resultaatbeschrijving.
Vindt u het wenselijk om ook bij een beschikking met een tijdsduurbeschrijving een ondersteuningsplan verplicht te stellen? Zo ja, welke redenen heeft u daarvoor?
Dit vinden wij niet wenselijk.
Een ondersteuningsplan biedt duidelijkheid over de taken en frequentie wanneer er geen tijdsindicatie beschikbaar is. Bij een PxQ gemeente is dit bepaald door de gemeente en door het te gebruiken normenkader. Dit deel van het voorstel leidt ons inziens niet tot betere ondersteuning, maar wel tot meer administratieve last. We vinden het overigens belangrijk dat het voor de cliënt duidelijk is, welke taken niet tot de taken van een huishoudelijke hulp vallen, zoals tuin bijhouden, ramen lappen buitenzijde, schuur opruimen etc.

Vraag2

Via het wetsvoorstel wordt geregeld dat geschillen over de uitvoering van maatwerkvoorzieningen in eerste instantie bij de gemeente kunnen worden aangekaart. Het gaat dan om alle typen maatwerkvoorzieningen: diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen een andere maatregelen. Is dit praktisch uitvoerbaar? Zo nee, waarom niet?
Dit is meer een vraag voor een gemeente. Maar zoals ook gesteld in de memorie van toelichting is de gemeente nu doorgaans ook al het ‘loket’ waar de cliënt klaagt als hij het niet eens is met de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan de beschikking.

Vraag3

Zijn er andere punten in het wetsvoorstel die naar uw mening aandacht behoeven of die het ontwerp kunnen versterken?
Resultaatgerichte bekostiging heeft risico's aan de kant van gemeenten en aan de kant van zorgaanbieders. Die risico's kunnen worden weggenomen met eenduidige afspraken over resultaten en de wijze waarop resultaten worden vastgesteld.
We moeten ervoor waken dat zorgaanbieders ‘uren’ moeten verantwoorden binnen een resultaatgerichte werkwijze. We merken in de praktijk dat dit wel gebeurt, vooral om het vooraf vastgestelde resultaattarief naar beneden te kunnen bijstellen. Met andere woorden: indien er afspraken worden gemaakt obv een outputgerichte uitvoeringsvariant (resultaat) moet een gemeente niet vragen om verantwoording obv een inspanningsgerichte uitvoeringsvariant (uren). Tegelijkertijd denken we ook dat ervoor gewaakt moet worden dat zorgaanbieders de resultaatgerichte werkwijze op verkeerde wijze inzetten ten behoeve van hun financiële resultaten
Het resultaat moet leidend zijn in het kader van kwaliteit en toezicht en niet de ingezette uren.