Passend onderwijs

Reactie

Naam de Ambelt (drs MAA van der Laan)
Plaats Zwolle
Datum 9 februari 2011

Vraag1

Wat is uw reactie op het wetsvoorstel? M.a.w.: Welke inhoudelijke suggestie(s) hebt u om het voorstel te verbeteren?

Geef hierbij a.u.b. aan in welke hoedanigheid u uw reactie geeft (leraar, ouder, schoolleider, leerling, ambulant begeleider etc.)
Als belangrijke peiler wordt de kwaliteit van de leerkracht genoemd. Deze analyse is kortzichtig, de oorzaak van de groei van het speciaal onderwijs ligt dieper. De eisen die de samenleving en de overheid aan het onderwijs stellen zijn de afgelopen jaren fors toegenomen. Leerlingen moeten zelfstandig leren, veel informatie verwerken, presteren. En komen veel vaker dan voorheen uit instabiele gezinnen. Dit vraagt meer van de kinderen dan veel van hen aankunnen. Met als gevolg dat er meer leerlingen opvallen, uitvallen en afhaken. Alleen scholing van leerkrachten lost dit niet op. Ook leerkrachten die zeer capabel zijn lukt het niet een groep van 30 kinderen met uiteenlopende zorgvragen goed op te vangen, adequaat les te geven en ieder kind de aandacht te geven die het nodig heeft. In het speciaal onderwijs is het met de veel kleinere groepsgrootte vaak al een enorme opgave.
De voorgestelde stelselherziening is voor het (V)SO zo rigoreus dat de komende jaren vrijwel alle tijd van het management opgaat aan reorganisaties, neerwaartse aanpassing van de capaciteit en afvloeing van medewerkers. Kwaliteitsverbetering krijgt hierdoor veel te weinig aandacht.
Als de wetswijziging wordt doorgevoerd zoals de overheid zich voorstelt kan ik de inhoud van het evaluatierapport over 3 jaar voorspellen: de conclusie zal zijn dat met het nieuwe stelsel de beoogde doelstellingen niet zijn bereikt. Deze wet lost wel het financieringsprobleem van de overheid op, maar vergroot de problemen t.a.v. kwaliteit (V)SO (verzwaring doelgroep en minder middelen), leidt tot meer thuiszitters (die dan wel zijn ingeschreven bij een school maar deze niet bezoeken), meer schooluitval (vanwege schaarse middelen krijgt het kind te weinig steun, wil niet meer naar school) en vergroot in de eerstkomende jaren de bureaucratie (besturen samenwerkingsverbanden zijn niet op elkaar ingespeeld, procedures moeten nog worden vastgesteld). Daarbij is de besteding van middelen in het huidige stelsel beter in beeld te brengen dan in het toekomstig stelsel (= afname van transparantie).

reactie van diensthoofd (V)SO school