Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (LBV)

Reactie

Naam Bas Huijbregts Duurzame Diensten (B Huijbregts)
Plaats Vught
Datum 27 mei 2022

Vraag1

U kunt van 10 mei tot en met 13 juni via deze website reageren op de regeling en de toelichting.
Als projectleider voor coöperatieve zonne-energieprojecten loop ik aan tegen de onzekerheden die veroorzaakt worden door deze regelingen. De coöperatie wil namelijk het dak van de boer huren voor een periode van 15 tot 16 jaar om daar zonnepanelen op te leggen. Na deze periode worden de zonnepanelen overgedragen aan de boer die hier nog zeker 10 jaar rendement van kan halen. Al met al een prima regeling maar geen vetpot. Als hier dan ook nog eens het gevoel bijkomt dat het gebouw mogelijk gesloopt moet worden als de boer ergens in de komende 15 jaar besluit van een stoppersregeling gebruik te maken, ontstaat een probleem. Wie gaat er namelijk opdraaien voor de kosten op het moment dat het gebouw gesloopt wordt en de zonnepanelen dus verwijderd moeten worden? Voor de boer weegt dit financiële risico niet op tegen de beperkte vergoeding die hij/zij ontvangt en voor de coöperatie zou dit betekenen dat haar leden een (groot) deel van hun inleg verliezen, dat bemoeilijkt de ledenwerving behoorlijk.

Nu spreken zowel de LBV al de MGA2 over het afbreken van gebouwen, tenzij de gebouwen worden gebruikt voor andere activiteiten/ een duurzame herbestemming krijgen. Het is vervolgens aan de provincie/gemeente om dit per geval te beoordelen. Nu verwacht ik dat de provincies en gemeenten niet snel zullen besluiten om zonnepanelen te laten verwijderen maar dit wordt niet uitgesloten in de huidige formulering.

Ik stel dan ook voor om in beide teksten op te nemen dat de aanwezigheid van zonnepanelen op het betreffende gebouw voldoende reden is om ontheffing te krijgen van het sloop-vereiste, zonder dat de provincie of gemeente hier nog iets van hoeft te vinden. Mocht dit niet mogelijk zijn dan zou er voorzien moeten worden in een extra vergoeding voor de coöperatie wiens panelen worden verwijderd.

Laten we er voor zorgen dat stikstofreductie en de opwek van duurzame energie hand in hand gaan.

Vraag2

DDaarnaast zijn we specifiek benieuwd naar uw reactie op de volgende vragen.

Het bevoorschottingsritme:
Hoe kijkt u aan tegen het voorgestelde bevoorschottingsritme en in hoeverre sluit dit volgens u aan bij de kosten die gemaakt worden gedurende het beëindigingstraject?
geen commentaar

Vraag3

Ondersteunend beleid:
Stoppen met een bedrijf is een ingrijpend besluit voor iedere agrarische ondernemer en zijn of haar omgeving. Dit besluit vraagt niet alleen om inzicht in de financiële omstandigheden van het bedrijf, maar ook om inzicht in alternatieve activiteiten. Denk bijvoorbeeld aan de herbestemming van een locatie. Ook emotionele overwegingen spelen een rol. Een veehouderij is vaak al generaties in de familie. Ondernemers ervaren hierdoor een barrière om te stoppen.

Het ministerie van LNV wil ondernemers helpen bij het maken van keuzes. Graag ontvangen wij uw antwoord op de volgende vragen:
• Wat zijn volgens u goede manieren om de veehouder te ondersteunen bij de afweging voor het beëindigen met hulp van deze regeling,
• Is een veehouder gebaat bij advisering over zijn toekomstmogelijkheden, al dan niet gefaciliteerd door de overheid, en op welke onderwerpen is de veehouder volgens u het meest gebaat bij deze advisering?
geen commentaar

Vraag4

Communicatie over de regeling:
• Via welke media zou u bij voorkeur op de hoogte gehouden worden van de regeling en de uitvoering ervan?

geen voorkeur