Besluit identificatiemiddelen voor burgers i.v.m. Wdo

Reactie

Naam ChipSoft (Dhr. V.R. van den Berg)
Plaats Amsterdam
Datum 12 mei 2020

Vraag1

Het ministerie ontvangt graag uw inhoudelijke reactie op de concept-regeling en -toelichting, u kunt reageren op alle onderdelen daarvan.
Als ICT-leverancier in de zorg erkent ChipSoft het belang van goede identificatiemiddelen op substantieel en/of hoog betrouwbaarheidsniveau voor digitale authenticatie van natuurlijke personen (patiënten/zorgverleners) in de publieke sector (zorg). Naast de doorontwikkeling van DigiD is het belangrijk dat er ruimte komt voor alternatieve middelen die bij voorkeur ook buiten de publieke sector gebruikt kunnen worden. Bijvoorbeeld in een Persoonlijke Gezondheids Omgeving, meer specifiek de Nederlandse MedMij PGO-ontwikkelingen. Gebruik van middelen zowel binnen als buiten de publieke sector komt de adoptie, frequentie van gebruik en bekendheid ten goede.

Een veelbelovende ontwikkeling is hierbij de attribuut gebaseerde decentrale authenticatie waarbij attributen (specifieke persoonsgegevens) zoals bijvoorbeeld BSN, naam of geboortedatum verstrekt worden door een betrouwbare uitgever op dit gebied (overheid) en afhankelijk van de context door de burger zelf onthuld kunnen worden. De partij (bijvoorbeeld zorginstelling) die de gegevens uitvraagt kan hierbij zelf de geldigheid controleren zonder dat er op een centrale plek gevoelige informatie wordt opgeslagen over welke burgers op welk moment bij welke zorginstelling digitaal handelingen verrichten. ChipSoft en andere ICT partijen in de zorg (bijvoorbeeld via het initiatief NUTS.nl) hebben inmiddels ervaring met de inzet van IRMA als voorbeeld van een dergelijke toepassing.

Het is zeer onwenselijk dat er in dit concept besluit identificatiemiddelen voor burgers i.v.m. WDO onvoldoende ruimte is voor dergelijke oplossingen. Hierbij verwijzen we graag naar de reacties van zowel Waag (Dhr. T.A. Demeyer) op 6 mei als SIDN (Dhr. B. Kronenburg) op 11 mei op deze internetconsultatie.