Domein-overstijgende samenwerking

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Deventer
Datum 20 april 2021

Vraag1

Wat vindt u van de voorgestelde wetswijziging om domein-overstijgende samenwerking meer te faciliteren, door de taken van zorgkantoren uit te breiden, zodat zij rechtmatig samen met andere inkopende partijen kunnen investeren in preventieve maatregelen?
Wij ondersteunen dit wetsvoorstel van harte, omdat domein-overstijgende samenwerking ons de mogelijkheid biedt om samen met andere partijen invulling te geven aan de gedeelde verantwoordelijkheid voor een leefbare en gezonde samenleving in de regio.

In de Regiovisie Midden-IJssel hebben gemeenten, zorg- en welzijnsorganisaties en Eno elkaar gevonden in de opgaven die er zijn in onze regio. Om resultaat te bereiken is evenwel de inzet van het hele veld nodig. Om aan deze opgaven gezamenlijk het hoofd te bieden helpt het als er domein-overstijgende financiering mogelijk is. Wij pleiten daarbij -anders dan in het wetsvoorstel is opgetekend – voor een regionaal budget. Dit is een budget of fonds, waarin middelen vanuit de verschillende wetten (Zvw, Wmo en Wlz) zijn gebundeld en van waaruit partijen vanuit gedeelde verantwoordelijkheid de toegankelijkheid, betaalbaarheid en kwaliteit van zorg in de regio met elkaar kunnen organiseren. Een dergelijk regiobudget, dat sector- en domein overstijgend kan worden ingezet, helpt het zorgkantoor om de noodzakelijke regionale beweging verder op gang te brengen en toe te werken naar een gezonde samenleving waarin iedereen kan participeren.

Structureel over een eigen regiobudget beschikken, dat sector- en domein overstijgend kan worden ingezet, helpt het zorgkantoor om de noodzakelijke regionale beweging (zoals opgetekend in de Regiovisie) verder op gang te brengen

Vraag2

Wat vindt u van de gestelde voorwaarden met betrekking tot zorgdragen voor preventieve maatregelen, die in het wetsvoorstel zijn opgenomen en die voorgesteld worden om bij of krachtens algemene maatregel van bestuur op te nemen in nadere regels?

Deze voorwaarden omvatten:
- Zorgkantoren kunnen alleen investeren in preventieve maatregelen als het gezamenlijkheid is met met één of meer gemeenten, zorgverzekeraars of Onze Minister voor Rechtsbescherming.
- Er moet een positieve business case aan ten grondslag liggen. Er moet een duidelijk omschreven casus zijn waarin:
a. wordt beschreven wat het doel is van de preventieve maatregel;
b. een inschatting wordt gemaakt van de verwachte kosten en baten, waarbij het bedrag niet hoger mag zijn dan de door hem ingeschatte besparingen aan Wlz-zorg; en waarin
c. de wijze van monitoring en evaluatie wordt beschreven.
Wij kunnen ons op hoofdlijnen vinden in de gestelde voorwaarden. Ook in de afgelopen jaren, met de inzet van bijvoorbeeld de transitiemiddelen, hebben wij de meerwaarde ervaren van het gezamenlijk oppakken en financieren van projecten. Te denken valt aan onder andere het project regioverpleegkundige waarmee de 24-uurs beschikbaarheid van verpleegkundige zorg in onze regio is geborgd. Alleen door hier gezamenlijk in op te trekken én door over de eigen grenzen heen te kijken, is dit project mogelijk geworden!

Verder hechten wij er waarde aan om te spreken van een ‘maatschappelijke businesscase’ in plaats van de term ‘positieve business case’. Daarbij pleiten wij ervoor om de mogelijkheid te hebben om meerjarige businesscase en bijbehorende meerjarige afspraken te maken. Dit omdat de resultaten van preventie vaak pas op de lange termijn zichtbaar worden én preventieve projecten zich niet altijd laten vertalen in sec financiële resultaten.

Tot slot benadrukken wij dat het belangrijk is dat er heldere voorwaarden gesteld worden, met daarbij in acht nemend een goede balans tussen de verantwoordingsbehoefte en de verantwoordingslast. In lijn met de ZN-reactie staan wij dan ook een werkwijze voor die zo regelarm mogelijk is met zo min mogelijk administratieve lasten.

Vraag4

Wat vindt u van de voorgestelde wetswijziging om de mogelijkheid te creëren zodat, op aanwijzing van VWS bij specifieke cliëntgroepen of in bijzondere omstandigheden, aanvullende bekostiging van de geleverde zorg naast de persoonsvolgende bekostiging per cliënt mogelijk wordt?
Wij ondersteunen dit van harte. Zoals in het antwoord bij vraag 1 opgenomen hebben wij goede ervaringen opgedaan met de inzet van de transitiemiddelen. Wij hebben ervaren dat de transitiemiddelen aanvullend op de persoonsvolgende financiering van meerwaarde zijn om samen de domein-overstijgende opgaven waar we de komende jaren voor staan aan te pakken, denk hierbij aan de arbeidsmarkt, de huisvestingsopgave en de toenemende zorgvraag. Wij zijn ervan overtuigd dat de voorgestelde wetswijziging hieraan eveneens kan bijdragen.

Vraag5

Zal de voorgestelde wetswijziging in de praktijk een meerwaarde hebben?
Wij denken dat de voorgestelde wetwijziging van meerwaarde is. Graag zouden wij nog verder gaan en een warm pleidooi willen houden voor een regionaal budget. Daarbij worden middelen uit de Wmo, Zvw en Wlz toegekend aan een regio en krijgen de betrokken gemeenten, zorgverzekeraar en zorgkantoor de opgave om de toegankelijkheid, betaalbaarheid en kwaliteit van zorg in een regio met elkaar te organiseren. Op deze wijze kunnen wij vormgeven aan de opgave om vanuit gedeelde verantwoordelijkheid te werken aan een gezonde samenleving waarin iedereen kan participeren.

Vraag6

Zal de voorgestelde wetswijziging in de praktijk gaan werken zoals wordt beoogd?
Wij denken dat de voorgestelde wetswijziging een bijdrage kan leveren aan domein-overstijgende samenwerking. Waar zorgkantoren vanuit de Wlz straks kunnen gaan bijdragen aan de financiering van initiatieven zullen gemeenten en zorgverzekeraars die inzet ook moeten kunnen bieden. Dit zodat een gelijk speelveld ontstaat en er vanuit een gedeelde verantwoordelijkheid voor het realiseren van een gezonde samenleving gehandeld kan worden. Idealiter krijgt dit gestalte in een regionaal budget, van waaruit de initiatieven om de toegankelijkheid, betaalbaarheid en kwaliteit van zorg in een regio gefinancierd worden.

Bijlage