wijziging van het Besluit zorgverzekering in verband met de collectiviteitskorting

Reactie

Naam H Van Dam
Plaats Veenendaal
Datum 25 november 2018

Vraag1

De beleidstheorie heeft als uitgangspunt dat via (zorg)inhoudelijke afspraken besparingen voor een bepaalde groep worden gerealiseerd; zodat de korting voor deze groep wordt opgebracht door deze besparingen. In de praktijk zien we dat de korting niet opgebracht wordt door besparingen, maar via een opslag op de premie betaald wordt door alle verzekerden. Wat vindt u daarvan en waarom vindt u dat?
Ik denk dat bovenstaande klopt. De korting wordt meer gebruikt als marketing instrument.

Vraag2

Denkt u dat deze maatregel bijdraagt aan de vermindering van de mogelijkheden tot risicoselectie via de collectiviteiten?
Nee

Vraag3

Denkt u dat deze maatregel bijdraagt aan de vermindering het aantal aangeboden collectiviteiten?
Ik denk het niet. Alleen de korting wordt kleiner.

Vraag4

Wat is uw algemene reactie op de in de AMvB voorgestelde maatregel?
Ik vind dat de korting ook gezien mag worden als een algemeen marketing instrument. Door deze te verlagen komt er voor grote groepen netto 5% premie bij. Dit terwijl de basispremie ook al stijgt. Vooral lagere inkomens krijgen dit voor de kiezen zodat van beloofde koopkracht plaatjes helemaal niks terechtkomt. Denk ook aan andere verhogingen van lasten zoals OZB.