Wet tot wijziging van de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen

Reactie

Naam cliëntenraad MC Groep (ed schussler)
Plaats lelystad
Datum 13 november 2016

Vraag1

De regering vindt dat cliënten en cliëntenraden in de zorg beter gepositioneerd moeten worden om (1) de belangen van de cliënt te behartigen en (2) meer medezeggenschap te hebben over beslissingen die door de zorgaanbieder genomen worden. De zorgaanbieder moet de cliënt de ruimte geven om tegenwicht te bieden aan de belangen van andere betrokkenen in de zorginstelling. Door maatwerk kan de medezeggenschap worden afgestemd op de afhankelijkheid van de cliënt van de zorgaanbieder. Om dit te bereiken wil de regering de wet aanscherpen. In paragraaf 6 van het algemeen deel van de Memorie van Toelichting zijn de wijzigingen op hoofdlijn beschreven.

>> Vindt u het wetvoorstel effectief om de gestelde doelen te bereiken? Indien niet, heeft u suggesties voor verbetering? En zo ja, welke?
Het rapport van de Erasmusuniversiteit (IBMG) van mei 2016 scherpt het onderscheid tussen zeggenschap en medezeggenschap aan. Ik acht het juist dat die visie in de wet is overgenomen. Een cliëntenraad in een professionele organisatie als in een ziekenhuis moet men niet belasten met zeggenschap, kan hooguit en in de beste omstandigheden adviseren over zaken die het directe patiëntenbelang raken. Fusies, samenwerkingsrelaties, bestuursbenoemingen, bijv. vallen wat mij betreft buiten de competentie van een cliëntenraad tenzij de raad kan aantonen dat die weg het patiëntenbelang schaadt. Het wel opnemen van zulke adviesplichtige zaken drijft de cliëntenraad al snel in de rol van een raad van toezicht. Een averechtse richting lijkt mij voor een raad die er voor de patiënt is. De gewijzigde wet op de medezeggenschap geeft de cliëntenraad bevoegdheden die zij gelet op de samenstelling, de coöptatie en de structurele informatieachterstand, nooit kan waarmaken. Mijn stelling: hoe meer de wetgever in de wet adviesplichtige zaken benoemt, hoe smaller de marge om werkende weg invloed uit te oefenen.

Vraag3

In het wetsontwerp wordt op diverse plaatsen ruimte voor maatwerk in het organiseren van medezeggenschap geboden. Daardoor is het mogelijk dat cliëntenraden en zorgaanbieders eigen afspraken maken. Deze kunnen afwijken van de algemene regeling in de wet. Bijvoorbeeld wanneer directe participatie van cliënten meer op de voorgrond komt te staan. Het wetsontwerp biedt hiertoe de ruimte. Het horen van de stem van de cliënt kan immers op veel verschillende manieren gebeuren.

>> Vindt u dat dit wetsontwerp voldoende ruimte biedt aan zorgaanbieders en cliëntenraden voor maatwerk?
Ik ben sterk voor de maatwerkgedachte. Deze uitwerking biedt ruimte om in de eigen context de medezeggenschap vorm te geven, zowel op micro- als op macroniveau. Eigenlijk zou dit idee leidend moeten zijn in de wet. Teveel duidt de wet op de cliëntenraad als een patiëntenvertegenwoordiging met visie op macrozaken, met instemmingsrecht en recht van enquête. De werkelijkheid ligt anders, directer bij het welzijn van patiënten. Mijn stelling: laten we nog zeker zes jaar pionieren met medezeggenschap zonder al te veel wettelijke rechten. En maak maatwerk tot een tweejaarlijks plan waarin directie en cliëntenraad de medezeggenschap in eigen situatie afspreken.

Vraag5

Heeft u nog overige opmerkingen?
Ik wil nog iets kwijt over de facilitering van cliëntenraden. De wet laat in het midden wie de kosten betaalt. Ik vind dat de wetgever wel opsommend is over de kosten, maar de hamvraag wie deze kosten gaat betalen, onbeantwoord laat. Dit is een goedkope parlementaire oplossing. Naar mijn mening kan de wetgever deze kosten niet neerleggen bij de zorgaanbieder. Zoals het nu (open) is geformuleerd, zal dit de achilleshiel van deze medezeggenschapsregeling worden. Helderheid is hier geboden, een concrete uitwerking noodzakelijk. Het zou duidelijkheid scheppen als de overheid, eventueel samen met zorgverzekeraars en zorgaanbieders een fonds bekostigt van waaruit de medezeggenschap betaald wordt