Wetsvoorstel verzekerdeninvloed

Reactie

Naam FHI (Ing. L.H.M. Knaven)
Plaats Leusden
Datum 7 augustus 2016

Vraag1

Het wetsontwerp tot versterking van de invloed van verzekerden verplicht zorgverzekeraars onder andere tot het bieden van inspraak van verzekerden in het beleid. Dat betekent dat alle verzekerden de gelegenheid moeten krijgen hun meningen en wensen kenbaar te maken. Zorgverzekeraars moeten een inspraakregeling opstellen waarin is geregeld op welke beleidsonderdelen de inspraak betrekking heeft. In deze regeling moet in elk geval staan dat er inspraak is van verzekerden in het zorginkoopbeleid. Het wetsontwerp schrijft niet voor op welke andere specifieke onderdelen van het beleid inspraak van verzekerden in de inspraakregeling geregeld moet zijn. Ook niet op welke manieren verzekerden inspraak moeten kunnen krijgen. Reden hiervoor is dat de regering vindt dat er ruimte moet zijn voor diversiteit en nieuwe vormen van verzekerdeninvloed.

Verzekeraars zijn echter niet vrij in hoe ze de inspraak willen gaan regelen. Een vertegenwoordiging van verzekerden wordt namelijk verplicht (denk aan de huidige leden- en verzekerdenraden op verzekeraar- of concernniveau). Deze vertegenwoordiging krijgt een wettelijk instemmingsrecht bij het vaststellen van de inspraakregeling. Zonder instemming van de vertegenwoordiging, komt de inspraakregeling dus niet tot stand. De vertegenwoordiging van verzekerden heeft daarmee dus sterke invloed op wat er in de inspraakregeling komt te staan. Zorgverzekeraar en de vertegenwoordiging van verzekerden bepalen samen welke mate van inspraak voor alle verzekerden relevant en gewenst is.

>> Is de inspraak van verzekerden voldoende gewaarborgd als zorgverzekeraars en vertegenwoordiging het samen regelen, zonder daarbij in de wet voor te schrijven op welke specifieke beleidsterreinen (naast zorginkoopbeleid) inspraak geregeld moet zijn? Waarom wel/niet? Heeft u andere suggesties?
FHI acht de wijze waarop in het wetsvoorstel de inspraak van verzekerden wordt geregeld onvoldoende. FHI pleit ervoor in het wetsvoorstel te expliciteren dat onder de inspraak (op hoofdlijnen) in ieder geval ook de volgende twee punten worden begrepen:

? verplichte inspraak ten aanzien van (handhaving van) ruime productkeuze voor gebruikers;

? verplichte inspraak ten aanzien van de (mogelijke) introductie van een productpreferentie- en/of stimuleringsbeleid door een zorgverzekeraar

Achtergrondinformatie en nadere toelichting op deze vraag is opgenomen in het bijgevoegde document

Vraag2

De vertegenwoordiging van verzekerden krijgt ook onder andere een adviesrecht ten aanzien van het jaarlijkse zorginkoopbeleid. Dit is in het wetsontwerp opgenomen omdat uit de eerdere consultatie van betrokken organisaties is gebleken dat er vooral behoefte is aan meer invloed op het zorginkoopbeleid.

>> Is het borgen van een wettelijk adviesrecht ten aanzien van het zorginkoopbeleid een effectief instrument om de invloed van de vertegenwoordiging van verzekerden op het zorginkoopbeleid te versterken? Waarom wel/niet?
? Het wetsvoorstel beoogt een adviesrecht aan de vertegenwoordiging van verzekerden op het zorginkoopbeleid toe te kennen. De zorgverzekeraar kan gemotiveerd afwijken van het advies van de vertegenwoordiging. Dat biedt de verzekeraar ruimte om de uitkomst van de raadpleging van zijn verzekerden naast zich neerleggen. FHI zit in het wetsvoorstel in ieder geval geen afdoende sanctiemogelijkheden voor dit punt. FHI meent dat zodoende onvoldoende waarborgen zijn ingebouwd in het wetsvoorstel om het beoogde doel te bereiken.
? FHI ziet dan ook graag dat wettelijk wordt vastgelegd dat in voldoende mate gehoor gegeven wordt gegeven aan de inspraak van de verzekerden. Alleen zo kan worden gegarandeerd dat inspraak van verzekerden meerwaarde heeft en het wetsvoorstel meerwaarde heeft. FHI stelt in dit kader voor door middel van het wetsvoorstel de volgende twee punten te verankeren:
? wettelijk instemmingsrecht verzekerden op hoofdlijnen van het inkoopbeleid waaronder bij de inzet van een preferentie of stimuleringsbeleid door zorgverzekeraars

? het wettelijk verplicht stellen van de mogelijkheid maandelijks naar een concurrerende zorgverzekeraar te kunnen overstappen.

Achtergrondinformatie en nadere toelichting op deze vraag is opgenomen in het bijgevoegde document

Vraag3

In vraag 2 kwam het adviesrecht van de vertegenwoordiging aan de orde. De volgende vraag sluit daarop aan.

>> Zou het adviesrecht van de vertegenwoordiging volgens u ook op andere beleidsterreinen moeten gelden? Waarom wel/niet? Zo ja: welke andere terreinen?
? FHI meent dat er gezien de gevolgen van een zorginkoopbeleid voor verzekerden sprake dient te zijn van een instemmingsrecht (en geen adviesrecht). FHI meent dat het voor verzekerden van cruciaal belang is dat het preferentie- (of vergelijkbaar inkoopbeleid) of stimuleringsbeleid van zorgverzekeraars een punt is waarover de vertegenwoordiging van verzekerden zich zou moeten kunnen uitspreken.

? FHI meent dat daarbij slechts een instemmingsrecht garandeert dat zorgverzekeraars hierbij ook in afdoende mate rekening hebben te houden met de inbreng van hun verzekerden. Zo niet dan komt de verzekeraar teveel vrijheid toe om onafhankelijk van de inbreng van de verzekerden een preferentie- of stimuleringsbeleid vast te stellen.

Vraag4

Het doel van het wetsontwerp is als volgt:
“De meningen en wensen van verzekerden moeten in het beleid, waaronder in ieder geval het zorginkoopbeleid, van de zorgverzekeraar meer centraal komen te staan. De regering acht het van belang dat de zorgverzekeraar meer in verbinding staat met zijn verzekerden en meer handelt namens en in het belang van zijn verzekerden. Bij de vormgeving en uitvoering van het beleid dient de inbreng van verzekerden daarom te worden betrokken. Het beleid zal dan beter aansluiten bij wat de verzekerde wenst. Dit kan de kwaliteit van de ingekochte zorg, de inhoud van de zorgverzekeringen die de zorgverzekeraar aanbiedt en de dienstverlening van de zorgverzekeraar ten goede komen.”

>> Wordt dit doel volgens u met het wetsontwerp bereikt? Waarom wel/niet? Zo niet: ziet u andere mogelijkheden om dit doel te bereiken en daarbij de uitvoering door zorgverzekeraars eenvoudig te houden?
FHI ziet het onderhavig wetsvoorstel als een welkome verbetering ten opzichte van de wijze waarop verzekerden nu invloed kunnen uitoefenen op het inkoopbeleid van verzekeraars. Het wetsvoorstel laat echter (te)veel ruimte voor zorgverzekeraars om naar eigen inzicht het zorginkoopbeleid te blijven vaststellen. Twee punten die in dit kader van groot belang zijn voor het welslagen van het wetsvoorstel zijn: (i) voldoende representatieve vertegenwoordiging en (ii) tijdige inspraak.

Achtergrondinformatie en nadere toelichting en uitwerking op deze vraag is opgenomen in het bijgevoegde document

Bijlage