Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Elburg
Datum 12 januari 2022

Vraag1

Er kan worden gereageerd op alle aspecten van het wetsvoorstel en de toelichting.

Daarnaast zijn er specifieke punten waarop uw input gewenst is:

1a) In het Klimaatakkoord is afgesproken dat gemeenten verplicht worden om een transitievisie warmte (oftewel warmteprogramma in het wetsvoorstel) op te stellen. In de consultatieversie van het wetsvoorstel is het opstellen van een warmteprogramma niet verplicht gesteld. (Zie paragraaf 3.2.3 van de memorie van toelichting.) Er wordt voorgesteld dat gemeenten alleen een warmteprogramma moeten opstellen als ze de aanwijsbevoegdheid willen inzetten.
Vragen: Heeft het de voorkeur om gemeenten te verplichten om een warmteprogramma vast te stellen?
Zo ja: waarom?

1b) Daarnaast is in het Klimaatakkoord afgesproken dat gemeenten elke 5 jaar de transitievisie warmte actualiseren. Ook is afgesproken dat deze actualisatietermijn wordt geëvalueerd. (Zie paragraaf 3.2.3 van de memorie van toelichting.)
Vragen: Heeft het de voorkeur om een vaste frequentie voor warmteprogramma’s vast te leggen?
Zo ja: waarom?
Welke termijn is volgens u passend? En: waarom?
Het verplichten van het opstellen van een warmteprogramma voorkomt uitstelgedrag van gemeenten. Maar het helpt niet dat dit programma dan, zoals het nu in het concept-wetvoorstel staat bij artikel III, aan zulke uitgebreide en strenge eisen moet voldoen. Veel gemeentes hebben al een TVW en deze was tot nu toe, op een paar richtlijnen na, vormvrij. De overgang naar de nu gestelde eisen is dan wel heel groot, werkt kostenverhogend en het opstellen zal ook veel langer duren. Dit kan de voortgang van de transitie juist belemmeren. Kortom: wel een warmteplan verplichten, maar eisen versoepelen.
Termijn: er moet wel aanleiding zijn tot actualisatie. Dat kan per gemeente danig verschillen. Ook technologische ontwikkelen kunnen hierbij meespelen. Verplichten tot actualisatie zonder dat er aanleiding is, leidt tot vertraging, hoge kosten etc. Is het mogelijk een lichte procedure op te nemen voor gevallen waarin actualisatie niet aan de orde is: dus een tussenevaluatie met een besluit om het actuele programma te handhaven?

Vraag2

2) In het Klimaatakkoord is een termijn van 8 jaar genoemd tussen het besluit van de gemeente en de definitieve overstap op het duurzame alternatief. In de consultatieversie van het wetsvoorstel is deze termijn niet als verplichting opgenomen. (Zie paragraaf 2.4.2 van de memorie van toelichting.)
Vragen: Heeft het de voorkeur om een termijn in regelgeving vast te leggen?
Zo ja: waarom?
Welke termijn is volgens u passend als minimum? En: waarom?
Voor de (rechts)zekerheid van inwoners lijkt het wenselijk een tijdstip aan te kondigen waarop de overstap definitief zal worden. Of een termijn van 8 jaar daarvoor voldoende is, is lastig in te schatten gelet op de weinige ervaring die er nu is met dit soort processen. Misschien is nu soms wel 10 jaar nodig en later maar 5 jaar. Ook beschikbaarheid van alternatieven en de markt om deze te realiseren (installateurs, netwerk etc.) moet geen problemen opleveren. De markt lijkt hiertoe momenteel nog niet in staat en deze garanties moeten er wel zijn.