Wet op het lerarenregister

Reactie

Naam ROC Gilde Opleidingen (M Van de Laar)
Plaats Roermond
Datum 11 februari 2015

Vraag1

Denkt u dat met het voorgestelde wettelijk verplichte lerarenregister leraren adequaat worden gestimuleerd om stelselmatig te werken aan hun professionele ontwikkeling?
Ja. En ook de schoolorganisatie zal structureel, uit organisatorisch belang, meer aandacht geven aan juiste deskundigheid op de juiste plaats.
Overigens dient dit ook te gelden voor alle anderen die belast zijn met onderwijs en het afnemen van examens, zoals instructeurs, maar ook praktijkopleiders bpv.

Vraag2

Denkt u dat de drie elementen van het wetsvoorstel – lerarenregister, omschrijving van het beroep en professionele ruimte – bijdragen aan versterking van de positie van leraren in de school?
Het positioneert in ieder geval duidelijk de vereiste deskundigheid. Het zal dan ook consequenties dienen te hebben voor de inzet van gekwalificeerde docenten en instructeurs.

Vraag3

Denkt u dat met het zichtbaar maken van de mate waarin onderwijs wordt gegeven door leraren die nog aan de bekwaamheidseisen moeten voldoen, in het voortgezet onderwijs voldoende stimulans ontstaat om het onbevoegd lesgeven terug te dringen?
Ja, mits hieraan consequenties worden verbonden, zowel naar betrokkene toe alsook naar de schoolorganisatie, bestuur/directie.

Vraag4

Ziet u de opname van de artikelen die zien op de vorm en inhoud van het lerarenregister in de Wet op het onderwijstoezicht als passend?
ja

Vraag5

Op basis van welke aanduiding van hun positie kan dit voorstel het beste recht doen aan de zij-instromers in het mbo?

* zie toelichting op vraag 5 onder documenten.
Starten onder voorwaarden dat binnen bepaalde tijd voldaan wordt aan de wettelijke eisen. Veelal betreft het ontbreken van didactische vaardigheden. In de overgangssituatie gaat het niet alleen om de pedagogische bekwaamheid maar ook om het begeleidingsproces.