Wet kostenverhaal huisvesting vergunninghouders

Reactie

Naam gemeente Smallingerland (M Zwart)
Plaats Drachten
Datum 22 november 2016

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel kostenverhaal huisvesting vergunninghouders? Dan kunt u hier reactie geven.
De volgende bezwaren tegen het wetsvoorstel worden aangevoerd:
- Als gevolg van de verhoogde asielinstroom is gemeenten verzocht om extra opvanglocaties, in welke vorm dan ook. Gemeenten werken hier hard aan. Aan de andere kant worden gemeenten vervolgens bestraft bij het niet behalen van de taakstelling huisvesting vergunninghouders. Wij zijn voor belonen in plaats van straffen;
- De instroom van asielzoekers kan in korte termijn enorm toenemen. Hierdoor kan het zijn dat gemeenten niet in staat zijn op de hoge opgelegde taakstelling te behalen, door bijvoorbeeld te weinig sociale huurwoningen of te weinig doorstroom. Het is onwenselijk dat gemeenten hiervoor worden bestraft. We kunnen gezamenlijk op zoek geen naar mogelijkheden om zoveel mogelijk aan de taakstelling te voldoen;
- Bij nalatigheid in het behalen van de opgelegde taakstelling is er al sprake van een sanctie van de provincie, de indeplaatsstelling. Met de voorgestelde wet worden gemeente tweemaal bestraft voor dezelfde nalatigheid;
- Het met terugwerkende kracht invoeren van de wet is onvoldoende gemotiveerd. Regelingen met belastende maatregelingen mogen slechts in uitzonderlijke gevallen met terugwerkende kracht worden ingevoerd;
- De provincie heeft met het wetsvoorstel te weinig beleidsvrijheid bij het uitvoeren van haar interbestuurlijk toezicht, omdat er wordt omschreven wanneer de provincie moet oordelen of een gemeente tekort schiet in haar huisvestingstaakstelling;
- Het moment waarop de gemeente kosten zou moeten vergoeden aan het Rijk, wordt gekoppeld aan de vooraankondiging door de provincie aan de gemeente, dat op kosten van de gemeente een interventie gaat plaatsvinden. Dit moet beter op elkaar aansluiten dan in het wetsvoorstel is verwoord.
- Graag zien wij een onderbouwing van het bedrag dat van voor iedere vergunninghouder betaald moet worden, die niet tijdig door gemeenten gehuisvest is.