Wet financiering kinderopvang

Reactie

Vraag1

Als professional die dagelijks werkt in en met kinderopvanglocaties zie ik hoe beleid en praktijk elkaar kunnen versterken, maar ook hoe groot de kloof soms is tussen wat op papier eenvoudig lijkt en wat in de praktijk uitvoerbaar blijkt.

De intentie van dit wetsvoorstel – eenvoud, zekerheid en betaalbaarheid voor ouders – is waardevol en noodzakelijk. Tegelijk vraagt de uitvoering om realisme en draagkracht. Door de verantwoordelijkheid voor de financiering grotendeels bij kinderopvangorganisaties te leggen, verschuift de administratieve druk en het risico naar een sector die al kampt met personeelstekorten en hoge werkdruk.

Mijn belangrijkste aandachtspunten:
1?? Uitvoerbaarheid: De subsidiestroom moet eenvoudig en uniform zijn, met digitale ondersteuning, zodat de aandacht van professionals bij het kind blijft in plaats van bij administratie.
2?? Kwaliteit: Financiële processen mogen niet leidend worden. Beperk verplichtingen tot het noodzakelijke en investeer in pedagogische begeleiding en deskundigheid.
3?? Draagkracht: Gratis kinderopvang is een mooi ideaal, maar alleen haalbaar als de sector versterkt wordt. Nu al zijn er wachtlijsten en een tekort aan ondersteuning voor kinderen met extra zorgbehoeften. Zonder extra middelen en samenwerking met onderwijs en jeugdzorg neemt die druk verder toe.
4?? Samenwerking: Betrek in de test & learn-fase niet alleen beleidsmakers en bestuurders, maar juist ook mensen van de werkvloer – locatiemanagers, pedagogisch medewerkers, gastouders en oudercommissies. Zij weten wat werkt in de praktijk.

De ambitie om kinderopvang eenvoudiger, eerlijker en toegankelijker te maken is waardevol. Maar eenvoud en toegankelijkheid zijn alleen duurzaam als kwaliteit en uitvoerbaarheid gelijk opgaan. Maak beleid dat niet over de sector wordt gemaakt, maar met de sector. Alleen dan ontstaat een stelsel dat niet alleen financieel klopt, maar ook pedagogisch en menselijk klopt.