Voorstel voor een Wet op de defensiegereedheid

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Twello
Datum 15 juni 2025

Vraag1

Wat vindt u van dit voorstel?
Juridisch bezwaar tegen de Wet financiële defensieverplichtingen (Wfdv) en de Wet op defensiegereedheid (Wodg):

Ik maak bezwaar tegen de Wfdv en de Wodg op grond van strijdigheid met fundamentele bepalingen van de Nederlandse Grondwet:

1. Schending van de begrotingsbevoegdheid van de Staten-Generaal (artikel 105 Grondwet):
De Wfdv legt via wetgeving een vaste ondergrens aan defensie-uitgaven vast als percentage van het bbp. Dit beperkt de jaarlijkse begrotingsvrijheid van de volksvertegenwoordiging en ondermijnt het budgetrecht, een essentieel element van de parlementaire democratie.


2. Beperking van fundamentele rechten zonder constitutionele grondslag (artikelen 10, 11, 12 en 14 Grondwet):
De Wodg biedt in crisissituaties ruime bevoegdheden aan militaire en NAVO-autoriteiten, waaronder inbreuken op privacy, lichamelijke integriteit, huisrecht en eigendom, zonder dat voorafgaande parlementaire goedkeuring vereist is. Dit is in strijd met het legaliteitsbeginsel en de vereisten voor grondrechtbeperking zoals bedoeld in artikel 1 en 89 Grondwet en bevestigd in jurisprudentie.


3. Aantasting van de nationale soevereiniteit (artikelen 1, 50 en 92 Grondwet):
De overdracht van feitelijke zeggenschap aan internationale (NAVO-)structuren zonder voldoende democratische waarborgen of betrokkenheid van de Staten-Generaal druist in tegen het representatieve karakter van onze staatsinrichting. Artikel 92 vereist dat bevoegdheidsoverdracht aan internationale instellingen slechts bij of krachtens de wet kan plaatsvinden en met inachtneming van democratische legitimatie.



Conclusie: Beide wetsvoorstellen belemmeren de uitvoering van de grondwettelijke taken van het parlement en ondermijnen essentiële vrijheden en rechten van burgers. De voorgestelde maatregelen staan daarmee op gespannen voet met de Nederlandse Grondwet en de rechtsstaat.