Wijziging van Warenwetregelgeving in verband met de aanwijzing van schadelijke stoffen in voedingssupplementen en kruidenpreparaten

Reactie

Vraag1

Als gediplomeerd natuurgeneeskundig therapeut heb ik gedurende 5 jaar op de beroepsopleiding op hbo-niveau geleerd om kruiden voor te schrijven. Vanuit de kennis over de inhoudsstoffen en de werkingen op orgaansystemen, de synergetische eigenschappen daarvan, en vanzelfsprekend medische basiskennis met als onderdeel farmacologische kennis, wordt er van je als therapeut verwacht alle benodigde kennis en inzichten te hebben om zorgvuldig kruiden uit te zoeken voor patiënten, passend bij zijn persoon, ziektebeeld(en) en medicatie. Tijdens vervolgconsulten (en tussendoor contact) volg je de patiënt nauwkeurig met heldere communicatie over inname instructies en te verwachte werkingen.
Je blijft je je hele professionele leven bijscholen/nascholen, je neemt deel aan intervisies om de kennis op peil te houden, leest vakliteratuur en houdt onderzoeken bij in je vakgebied. Dit alles is gereguleerd door beroepsverenigingen, zorgverzekeraars en andere accrediterende instellingen.

Ik interpreteer de aangekondigde wijziging als bedoeld voor consumenten die voor eigen rekening gebruik maken van kruiden(preparaten) en voedingsuppletie, maar een andere categorie gebruikers zijn de ervaren professionals die hun deskundige adviezen op oa kruiden baseren. Zij worden met deze rigoreuze wijziging onnodig in de mogelijkheden beknot.

Ik sluit mij aan bij de eerder geleverde bijdragen van NPN, NVF, Herboristengilde, Food Supplements Europe, Zhong, NVA en ik vertrouw erop dat de overheid de bijdragen van voorgenoemden serieus neemt: in de eerste plaats eindelijk het voorstel uit te voeren – dat kennelijk al van jaren geleden is – om de werkelijke experts uit opleidingen, beroepsverenigingen en onderzoekers te betrekken in het opstellen van de beoogde wijziging van de warenwetregelgeving, aansluitend op de zo mooi geformuleerde “participatiesamenleving” waar gedegen en respectvolle samenwerking leidt tot werkelijke zorg voor patiënten en zo bij kan dragen tot een ontlasting van de reguliere zorg.