Diagnostische Tussentijdse Toets en Leerlingvolgsystemen in het VO

Reactie

Naam Aloysius College (Drs. P.J. Althuizen)
Plaats Den Haag
Datum 7 april 2012

Vraag1

Wilt u aangeven in welke hoedanigheid u onderstaande vragen beantwoordt?
(ouder, leerkracht, directeur, bestuurder, …)
leerkracht

Vraag2

Onder welke condities zijn een diagnostische tussentijdse toets en leerlingvolgsysteem succesvol in de praktijk?
De resultaten van een school moeten juist niet anoniem zijn en openbaar. De toetsing en het ophangen daarvan aan het leerlingvolgsysteem wordt nu een verplichting, maar wel eentje zonder ‘civiel effect’. Je mag zelf weten of je de resultaten van de toetsen openbaar maakt en als de school wordt ingeloot om mee te doen aan internationale onderzoeken worden de gegevens geanonimiseerd.

Vraag3

Voorziet dit wetvoorstel in deze condities?
Nee.

Vraag4

In welke mate dragen de diagnostische tussentijdse toets en het leerlingvolgsysteem bij aan opbrengstgericht werken?
Op deze manier zeker niet. Er is veel meer nodig om echt opbrengstgericht te kunnen werken. Zo moet de minister meer investeren in onderwijs ipv bezuinigingen. We hebben goede, nieuwe en bevoegde leraren nodig. Goede arbeidsvoorwaarden als een beter loon, inschaling naar opleiding en minder lessen aan kleinere klassen zijn daarvoor absoluut noodzakelijk. Je kunt niet aan de ene kant trekken zonder aan de andere kant te duwen. Dan scheurt de boel.

Vraag5

Is de beperking van beide instrumenten tot de doorstroomrelevante vakken Nederlands, Engels en Wiskunde/rekenen terecht? Zo niet, wat is volgens u een goed alternatief?
De beperking tot drie vakken zal met zich meebrengen dat scholen zich in hun lesurentabellen en bevorderingsnormen ook meer op deze vakken zullen focussen. De lat wordt dan niet hoger gelegd, maar scheef gelegd. Leerlingen zullen zwakker worden in bijvoorbeeld Duits, natuurkunde en geschiedenis, omdat Nederlands, Engels en wiskunde meer gewicht in de schaal gaan leggen. De ‘curriculum-teaching’ die in de toelichting wordt genoemd, zal als het ware vakoverstijgend worden. De toevoeging ‘het is aan de professionaliteit van leraren en schoolleiders om ervoor te zorgen dat dit effect zich niet voordoet’ is kul. Leraren van ‘niet-doorstroomrelevante’ vakken zullen door schoolleiders onder druk worden gezet om hun kant van de lat te laten zakken in een poging de resultaten voor Nederlands, Engels en wiskunde omhoog te krijgen. Dat de minister meldt dat ‘fixatie nadrukkelijk niet de bedoeling’ (blz 20) is, is een dode letter. Er zijn wel meer zaken in het onderwijs ‘niet de bedoeling’.

Vraag6

Is de beperking van het leerlingvolgsysteem tot de onderbouw een terechte keuze? Zo nee, waarom niet?
Een leerlingvolgsysteem voor alleen de onderbouw is niet logisch. Juist tussen 3 en 4 (op hv) en 2 en 3 (vmbo) zit nogal eens discrepantie.

Vraag7

Wat vindt u van het voornemen om de deelname aan een beperkt aantal internationale onderzoeken te verplichten?
Goed, mits ook verplichte bekendmaking van de resultaten en een regering die slagvaardig reageert met investeringen indien de resultaten slecht zijn en haar eigen rol en fouten erkent. Het kan dan niet alleen maar de schuld van school en leraar zijn.