Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Dit wetsvoorstel is te vaag in haar definities en is onvoldoende bestand tegen beleidswillekeur en profiling vanuit opsporing en ordehandhaving. Daarmee draagt dit wetsvoorstel het risico dat burgers, wanneer zij sympathiseren met een bepaalde doelgroep of zich uitspreken tegen een bepaald beleid of regime, op arbitraire wijze gelijkgesteld kunnen worden aan een terroristische organisatie die op illegale wijze strijden voor hetzelfde doel. De huidige formulering van deze wet levert gevaarlijke situaties op tijdens demonstraties en in online uitingen. Opsporingsdiensten kunnen vrij gemakkelijk besluiten een individu of groep te verdenken van verheerlijking van terrorisme en daar consequenties aan verbinden. De kans dat in de uitvoering van deze wet inbreuk wordt gemaakt op het recht op vrije meningsuiting en het recht op demonstratie is mijns inziens te groot. Daarnaast legt een onzorgvuldige formulering ook druk op ons juridische systeem, dat uiteindelijk tot uitspraken moet kunnen komen over overtreding van de wet. Dat is in de huidige vorm onvoldoende gekaderd, met als gevolg dat de interpretatie van deze weet door rechters weer tot verdere (politieke) discussie leidt. Dergelijke discussies aan de hand van slecht geschreven wetten ondermijnt dan weer de rechtstaat. Genoeg redenen dus om deze wet niet in te voeren.