Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties
Reactie
Naam
|
Anoniem
|
Plaats
|
Groningen
|
Datum
|
15 augustus 2025
|
Vraag1
Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Met zorg heb ik kennisgenomen van het wetsvoorstel tot strafbaarstelling van het verheerlijken van terrorisme, het verspreiden daarvan en het openlijk betuigen van steun aan terroristische organisaties. Hoewel het beschermen van de democratische rechtsstaat en het tegengaan van terrorisme cruciaal zijn, ben ik van mening dat dit voorstel in de huidige vorm te ver gaat en in strijd kan zijn met fundamentele vrijheden.
1. Schending van grondrechten
De formuleringen in het wetsvoorstel zijn dermate ruim dat ook vreedzame politieke uitingen of demonstraties onder de strafbaarstelling zouden kunnen vallen. Dit druist in tegen:
Artikel 7 van de Grondwet (vrijheid van meningsuiting)
Artikel 9 van de Grondwet (vrijheid van vergadering en betoging)
Artikel 10 en 11 EVRM (vrijheid van meningsuiting en vergadering)
2. Onvoldoende afbakening van begrippen
Begrippen zoals “verheerlijken” en “steunbetuiging” zijn niet objectief omschreven. Hierdoor ontstaat het risico op willekeurige toepassing, waarbij uitingen van solidariteit, kritiek op buitenlandse staten of het tonen van bepaalde symbolen onterecht als strafbaar kunnen worden gezien.
3. Chilling effect op maatschappelijk debat
Door de brede formulering bestaat het gevaar dat burgers en organisaties zich niet meer durven uitspreken over internationale conflicten of mensenrechtenschendingen, uit angst voor strafrechtelijke vervolging. Dit schaadt het publieke debat dat in een democratische rechtsstaat juist beschermd moet worden.
4. Aanbeveling
Ik verzoek om het wetsvoorstel zodanig aan te passen dat:
Alleen uitingen met een aantoonbaar en direct gevaar voor de openbare orde of veiligheid strafbaar worden gesteld.
Vreedzame politieke uitingen en mensenrechtenprotesten expliciet worden uitgesloten van de strafbaarstelling.
De definities van kernbegrippen juridisch nauwkeurig worden vastgelegd.
Het is van groot belang dat wetgeving effectief is in het bestrijden van terrorisme, maar nooit ten koste mag gaan van de fundamentele vrijheden die onze democratische rechtsstaat juist moeten beschermen.