Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Het recht op protest en vrije meningsuiting zijn onaantastbare grondrechten, los van politieke kleur of opvatting.
De overheid dient de democratische rechtsstaat te beschermen, niet te ondermijnen. Het voorliggende wetsvoorstel biedt onvoldoende waarborgen voor de rechtsstaat. Een essentieel manco is dat nergens duidelijk wordt omschreven wat precies wordt bedoeld met een “terroristische organisatie”. Door deze onduidelijkheid lopen ook vreedzame burgerbewegingen gevaar om als terroristisch te worden bestempeld, bijvoorbeeld als zij via burgerlijke ongehoorzaamheid aandacht vragen voor maatschappelijke problemen.

Dat is onaanvaardbaar.

Het recht om te demonstreren en actie te voeren bij maatschappelijk protest vormt de kern van een vitale democratie. Of het nu klimaatactivisten, boerenprotesten of andere sociale bewegingen betreft: zolang zij geweldloos opereren en hun acties binnen het democratische stelsel plaatsvinden, mogen zij nooit als terroristen worden aangemerkt.
Het ontbreken van heldere definities en beschermingsmaatregelen in dit wetsvoorstel maakt willekeur en machtsmisbruik mogelijk. Zo riskeert dit wetsvoorstel ingezet te worden tegen politieke opposanten of kritische burgers – precies het soort misbruik dat een rechtsstaat moet voorkomen.
Een overheid die kritiek criminaliseert met strafrechtelijke termen als “terrorisme” schaadt het fundament van onze democratie.