Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Naam A.M. Bruin
Plaats Alphen aan den Rijn
Datum 13 augustus 2025

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
De woorden van de minister zijn doorspekt met morele lading. “Gevaarlijke ideologie”, anderen rijp maken voor misdrijven”, “een norm stellen” . Maar een rechtsstaat beschermt zich niet door uitingen te verbieden en strafbaar te stellen die die politiek onwenselijk zijn, maar door daden te bestraffen die aantoonbaar schade veroorzaken. Als we meningen gaan vervolgen om wat ze kunnen aanrichten verlaten we de grond onder de democratische rechtsstaat. Dan vervangen we vrijheid door het recht om (politiek) correct te spreken (alleen het overheidsnarratief).

"Terrorisme moet worden bestreden. Maar dat mag nooit ten koste gaan van de vrijheid van meningsuiting: één van de pijlers van onze democratische rechtsstaat.

Juist de overheid heeft de plicht deze vrijheid te beschermen, óók en juist bij extreme, ongemakkelijke of schurende meningen. Het strafrecht moet zich daarom beperken tot wat werkelijk strafwaardig is: het aanzetten tot, oproepen tot of dreigen met geweld.

Het voorstel om ook het ‘verheerlijken’ van terroristische daden en het ‘steunen’ van verboden organisaties strafbaar te stellen, gebruikt te vage en rekbare begrippen. Daarmee ontstaat het gevaar dat ook kritische, activistische of politiek onwelgevallige meningen onder druk komen te staan, zeker in een gepolariseerde tijd.

De vrijheid van meningsuiting is geen luxe. Zij is essentieel voor een vrije samenleving waarin burgers elkaar mogen tegenspreken, ook wanneer dat ongemakkelijk is. Montesquieu zou vragen: is dit wetgeving, of moralisering in vermomming?

Mijn oproep aan kabinet en Kamer: verdedig de vrijheid van meningsuiting actief, zoals het een rechtsstaat betaamt, juist wanneer het moeilijk is." Daar past dit wetsvoorstel niet bij. Kortom, mijn verzoek is om dit voorstel in te trekken.