Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Met dit bericht wil ik mijn zorgen delen over het wetsvoorstel dat het verheerlijken van terrorisme en het steunen van terroristische organisaties strafbaar maakt. Ik begrijp het belang van veiligheid, maar dit voorstel gaat volgens mij te ver en kan schade doen aan onze vrijheid.

1.      Vrijheid van meningsuiting in gevaar. In Nederland mag je je mening geven, ook als die mening niet populair is. Dat is vastgelegd in onze Grondwet en in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Dit voorstel maakt sommige meningen strafbaar zonder dat duidelijk is wanneer iets strafbaar is. Het woord “verheerlijken” is niet precies. Daardoor kunnen mensen bang worden om zich uit te spreken, ook als ze niets strafbaars doen.

2.      De wet moet duidelijk zijn. In het strafrecht geldt: iets mag pas strafbaar zijn als het duidelijk is wat verboden is. Vage begrippen maken het risico groot dat mensen verschillend behandeld worden. Ook kunnen mensen niet goed van tevoren weten of ze de wet overtreden. Dat past niet in een rechtsstaat.

3.      De wet is niet nodig. We hebben al wetten om geweld, haat of opruiing aan te pakken, zoals artikel 131 van het Wetboek van Strafrecht. Dit nieuwe voorstel voegt weinig toe. Het maakt ook uitingen strafbaar die geen oproep tot geweld zijn. Dat is te vergaand.

4.      Risico op oneerlijke toepassing. Omdat de begrippen in het voorstel onduidelijk zijn, kan de wet in de praktijk vooral worden gebruikt tegen bepaalde groepen of meningen. Dat is oneerlijk en ondermijnt het vertrouwen in een eerlijke overheid.

Mijn verzoek is om dit voorstel in deze vorm niet aan te nemen. De vrijheid om te spreken, te denken en te debatteren is een hoeksteen van onze samenleving. We mogen die vrijheid niet opofferen uit angst.