Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Met deze reactie wil ik mijn ernstige bezwaren kenbaar maken tegen het voorgestelde wetsvoorstel dat het verheerlijken van terrorisme en het betuigen van steun aan terroristische organisaties strafbaar stelt. Hoewel het bestrijden van terrorisme van groot belang is, vormt dit voorstel een ernstige bedreiging voor de vrijheid van meningsuiting en de rechtszekerheid.

De termen “verheerlijken” en “steun betuigen” zijn vaag en ruim te interpreteren. Hierdoor ontstaat het risico dat ook niet-strafwaardige uitingen, zoals politieke meningen, maatschappelijke analyses of journalistieke verslaggeving, strafbaar kunnen worden gesteld. Vrijheid van meningsuiting is een kernwaarde in onze rechtsstaat, beschermd door zowel de Grondwet als internationale verdragen.

Daarnaast is het voorstel onnodig. Het bestaande strafrecht biedt reeds voldoende mogelijkheden om opruiing, aanzetten tot geweld of deelname aan terroristische organisaties aan te pakken. Door nieuwe, vage strafbepalingen toe te voegen ontstaat verwarring en rechtsonzekerheid voor burgers en professionals, waaronder journalisten, onderzoekers en kunstenaars.

Ook is de effectiviteit van deze wet twijfelachtig. Er is geen overtuigend bewijs dat strafbaarstelling van dergelijke uitingen radicalisering tegengaat. Integendeel, het risico bestaat dat dit contraproductief werkt door gevoelens van uitsluiting en onvrijheid te versterken.

Tot slot schuurt dit voorstel met het EVRM. In andere landen is vergelijkbare wetgeving al onderwerp van rechterlijke kritiek geweest. Nederland loopt hiermee het risico in strijd te handelen met mensenrechtenverplichtingen.

Ik verzoek u dan ook dringend om af te zien van dit wetsvoorstel of het ten minste fundamenteel te herzien. Vrijheid en veiligheid mogen niet tegenover elkaar komen te staan.