Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Nijmegen
Datum 15 augustus 2025

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Allereerst vraag ik me af wat de toegevoegde waarde is van dit wetsvoorstel, vooral gezien de wetten die we al hebben om terrorisme tegen te gaan en te bestraffen. Zie o.a. Art. 132 Sr. (opruiing), Art. 137d Sr (aanzetten tot haat/geweld), Art. 140a Sr (deelname aan terroristische organisaties), Art. 83 e.v. Sr (terroristische misdrijven). Een stapeling van wetgevingen, wat dit m.i. is, verhoogt het risico op overcriminalisering ten koste van burgerlijke vrijheden en rechten als vrijheid van meningsuiting en politieke uitdrukking. Ook impopulaire meningen verdienen vrijheid, zolang deze niet leiden tot leed of kwaad. Dit staat al concreet omschreven in onze wetgeving.

Stel dat de bovenstaande wetten niet genoeg zijn om terrorisme tegen te gaan. Dan is dit wetsvoorstel nog steeds een stap achteruit, of in elk geval een misstap. De terminologie (verheerlijking van terrorisme’ en ‘steunbetuiging aan terroristische organisaties’) is onvoldoende genuanceerd en laat te veel ruimte over voor subjectieve interpretatie. Dit betekent mogelijke verschillen in uitspraken door rechters. Dat kan niet door de beugel, want iedereen dient voor een strafbare feit hetzelfde veroordeeld te worden. Hoe kan dat wanneer er individuele verschillen kunnen zijn in de interpretatie van een wet?

Uit de praktijk in het buitenland (zie het VK en Frankrijk) zien we dat vergelijkbare, intussen ingevoerde wetsvoorstellen leiden tot rechtszaken tegen kunstenaars, activisten en journalisten. De nationale veiligheid is hiermee niet geholpen, en de invloed die het heeft op werkelijke bestrijding van terrorisme of radicalisering is gering.

Vrijheid van meningsuiting en politieke expressie mogen niet opgeofferd worden onder het mom van veiligheid. Dit wetsvoorstel vormt eerder een uitholling van fundamentele rechten van de mens dan dat het Nederland en haar burgers beschermt. Dat is geen goede zaak, vooral niet wanneer kritische burgers niet alleen een groot goed, maar ook essentieel zijn voor een democratie.