Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Waarom dit wetsvoorstel ons zorgen moet baren

Op papier klinkt het logisch: mensen die terrorisme verheerlijken of steun betuigen aan terroristische organisaties moeten worden aangepakt. Maar achter deze ogenschijnlijk logische redenering schuilt een gevaar dat onze vrijheid rechtstreeks raakt.

Woorden als “verheerlijken” en “steun betuigen” klinken misschien duidelijk, maar zijn dat niet. Wie bepaalt wat verheerlijken is? Wat als iemand zich uitspreekt tegen onderdrukking in Palestina, steun toont aan Koerdische gemeenschappen of kritiek uit op het buitenlandse beleid van het Westen? Wordt dat straks strafbaar?

Dit wetsvoorstel maakt het mogelijk om mensen te vervolgen op basis van hun woorden, sympathieën of zelfs hun stilzwijgende solidariteit. Het zet de deur open naar willekeur, misbruik en het monddood maken van politieke meningsuiting.

Mensen die opkomen voor gerechtigheid, verzet tonen tegen onderdrukking of zich solidair verklaren met bevolkingsgroepen in conflictgebieden lopen straks het risico om als crimineel weggezet te worden. Terwijl steun aan regimes of bondgenoten die mensenrechten schenden buiten schot blijft.

Bovendien weten we uit ervaring dat zulke wetten niet iedereen even hard raken. Minderheden, activisten, moslims en mensen met een migratieachtergrond worden vaak disproportioneel aangepakt. Dat vergroot niet de veiligheid, maar het wantrouwen en de verdeeldheid in onze samenleving.

We moeten waakzaam zijn. De vrijheid om te spreken, te protesteren en solidariteit te tonen mag niet worden opgeofferd onder het mom van veiligheid. Een vrije samenleving beschermt niet alleen ons lichaam, maar ook onze stem.

Laat deze wet er niet komen. Niet uit naïviteit, maar uit principe. Omdat vrijheid nooit vanzelfsprekend is.