Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties
Reactie
Naam
|
Dhr. Z. El Madkouki
|
Plaats
|
Den Haag
|
Datum
|
25 juli 2025
|
Vraag1
Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Geachte commissie,
Met dit bezwaar spreek ik mij uit tegen het wetsvoorstel dat het verheerlijken van terrorisme en het betuigen van steun aan terroristische organisaties strafbaar stelt (artikelen 132a–c Sr). Deze strafbaarstellingen zijn te vaag, onnodig, en vormen een gevaar voor de vrijheid van meningsuiting.
De termen “verheerlijken” en “steun betuigen” zijn juridisch onbepaald. Het is niet duidelijk waar de grens ligt tussen het bespreken, analyseren of waarderen van een gewelddadige groep en strafbare verheerlijking. Ook is onduidelijk wie bepaalt wat een “terroristische organisatie” is en op basis waarvan.
Deze vaagheid creëert ruimte voor willekeurige toepassing en opent de deur voor politiek gemotiveerde strafvervolging. Journalisten, activisten of kunstenaars kunnen onterecht in de knel komen, enkel vanwege het bespreken van controversiële onderwerpen.
Daarnaast staan deze bepalingen op gespannen voet met fundamentele rechten, zoals artikel 7 van de Grondwet en de artikelen 10 en 11 van het EVRM. Vrijheid van meningsuiting en demonstratie mogen slechts beperkt worden wanneer er sprake is van directe oproep tot geweld. Die gevallen zijn al strafbaar onder bestaande wetgeving, zoals opruiing (art. 131 Sr) en deelneming aan een terroristische organisatie (art. 140a Sr).
Het wetsvoorstel voegt weinig toe aan de bestaande middelen, maar vergroot de kans op misbruik. Ook het publieke debat loopt gevaar: burgers en instellingen zullen uit angst voor vervolging onderwerpen mijden, wat leidt tot zelfcensuur.
Om die redenen verzoek ik u dringend het voorstel in deze vorm niet aan te nemen.
Hoogachtend,
Zaid El Madkouki
Den Haag
25-07-2025