Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties
Reactie
Naam
|
Anoniem
|
Plaats
|
Enkhuizen
|
Datum
|
10 augustus 2025
|
Vraag1
Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Ik wil graag mijn bezwaar uiten tegen de voorgestelde wet die het strafbaar maakt om steunbetuigingen te doen aan organisaties die als ‘terroristisch’ worden aangeduid. De vage en breed toepasbare formulering van de definitie van 'terroristische organisatie' baart mij zorgen.
Wat precies wordt verstaan onder een ‘terroristische organisatie’ is onvoldoende duidelijk en anno nu blijkt maar dat deze interpretatie sterk afhankelijk kan zijn van politieke standpunten. Wat als terrorisme wordt gezien, is vaak een kwestie van perspectief. Bijvoorbeeld, de Palestijnse onderdrukking en de Israëlische bezetting. Sommigen zien het opkomen voor de Palestijnen gelijk als het opkomen voor Hamas, gelijk aan antisemitisme (wat volstrekt los staat van elkaar). Je mag wel met een Israëlische vlag wapperen terwijl ook hun leider door het internationaal strafhof gezocht wordt. In november 2024 vaardigde het Internationaal Strafhof arrestatiebevelen uit tegen de Israëlische premier en diens oud-minister van Defensie EN drie Hamasleiders. Dit laat al zien hoe dit door een politieke bril wordt bekeken.
In dit verband maak ik me vooral zorgen over het feit dat de wet kan leiden tot criminalisering van legitieme protesten en steunbetuigingen voor groepen die strijden tegen onderdrukking en bezetting, zoals in het geval van de situatie in Gaza. Dit zou kunnen betekenen dat zelfs individuele burgers die demonstreren tegen de Israëlische bezetting en de schendingen van mensenrechten in Gaza, zich in juridische problemen kunnen bevinden, simpelweg vanwege het feit dat zij solidariteit betuigen met een groep die door anderen als 'terroristisch' wordt beschouwd.
Ik ben van mening dat deze wet het risico met zich meebrengt dat de vrijheid van meningsuiting en het recht om vreedzaam te demonstreren ernstig worden ingeperkt, terwijl een democratie hier juist sterker van wordt.
Tegen het zaaien van haat bestaat al wetgeving (waarvan ik me afvraag of iedereen in de Tweede Kamer zich hiervan bewust is en zich aan deze wetgeving houdt). We leven in een wereld waarin men elkaar snel wegzet als extremist, dus wie maken er straks allemaal kans op de titel terroristische organisatie? Is dat net zoals in Engeland genoeg als je twee vliegtuigen beklad met rode verf? Wie mag straks wel de snelweg bezetten, aanhangers van de BBB wel en ER niet? Mag je wel mensen bij de grens aanhouden op basis van uiterlijke kenmerken? Maar mag je geen watermeloen serveren in de tweede kamer?