Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Mijn reactie op het wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme

Ik maak mij ernstige zorgen over dit wetsvoorstel, zowel juridisch als maatschappelijk. De vaagheid in de definities van “verheerlijken” en “terrorisme” leidt tot rechtsonzekerheid en druist in tegen het legaliteitsbeginsel (art. 1 Wetboek van Strafrecht, art. 7 EVRM). Strafrecht moet helder en voorspelbaar zijn om willekeur en machtsmisbruik te voorkomen. Dit voorstel biedt juist te veel ruimte voor interpretatie, waardoor het risico ontstaat dat politieke tegenstanders, minderheden of andersdenkenden worden gecriminaliseerd.

Vrijheid van meningsuiting is een fundamenteel recht (art. 7 Grondwet, art. 10 EVRM) en de hoeksteen van de democratische rechtsstaat. Democratieën floreren door ruimte te bieden aan kritiek, debat en zelfs confronterende ideeën. Nederland kent een traditie waarin maatschappelijke wrijving en vrije discussie als motor voor vooruitgang worden gezien. Het strafbaar stellen van vaag omschreven uitingen onder het mom van terrorismebestrijding beperkt die vrijheid, met gevaar voor zelfcensuur en een verarmd publiek debat.

Daarbij is het wetsvoorstel overbodig. Haatzaaien, opruiing en deelname aan terroristische organisaties zijn al strafbaar gesteld (art. 137d en 131 Sr). Deze bestaande middelen zijn afdoende om terrorisme en aanverwante gedragingen te bestrijden, zonder dat de vrije meningsuiting verder wordt ingeperkt.

Vanuit een humanistisch perspectief is juist in moeilijke tijden ruimte voor dialoog en het uiten van onvrede essentieel. Het beperken daarvan ondermijnt vertrouwen in de samenleving en kan leiden tot meer polarisatie en uitsluiting. Een democratie bouwt aan veerkracht en inclusiviteit, niet aan repressieve wetten die verdeeldheid versterken.

Samenvattend: dit wetsvoorstel bedreigt fundamentele rechtsprincipes, democratische waarden en mensenrechten, zonder juridische noodzaak. Ik roep daarom op het voorstel niet op te nemen in het wetboek, maar te investeren in proportionele, duidelijk omschreven en democratisch gecontroleerde maatregelen tegen terrorisme.

Hoogachtend,
Een bezorgde burger en moeder