Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Rotterdam
Datum 15 augustus 2025

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Geachte leden van het Ministerie van Justitie en Veiligheid,

Met deze reactie wil ik mijn ernstige zorgen delen over het wetsvoorstel van juli 2025, waarin wordt voorgesteld om het “verheerlijken van terrorisme” en het “publiekelijk steunen van zogenoemde terroristische organisaties” strafbaar te stellen.

Ten eerste creëeren deze definities ruimte voor willekeur. Het voorstel hanteert onduidelijke begrippen zoals “terroristische organisatie” en “verheerlijking”. Zulke termen zijn vatbaar voor politieke interpretatie en daardoor voor misbruik. Wie bepaalt exact wat onder terrorisme valt? En op basis van welke criteria? Dit kan leiden tot vervolging van activisten, journalisten en kritische burgers, wat een gevaarlijke ontwikkeling is.

Ten tweede het gevaar voor strafbaarstelling van solidariteit. Wanneer iemand zich bijvoorbeeld uitspreekt tegen de bezetting van Palestina kan dit gezien worden als steun aan een organisatie die op de lijst van “terroristische” groepen staat. Daarmee kan deze wet vreedzame solidariteit criminaliseren en wordt de ruimte voor open maatschappelijk debat ernstig ingeperkt.

Ten derde de onevenredige impact op bepaalde bevolkingsgroepen. De voorgestelde wetgeving zal naar verwachting vooral mensen met een islamitische achtergrond treffen. Deze groep wordt al vaker geconfronteerd met ongerechtvaardigde criminalisering, terwijl soortgelijke situaties buiten de westerse context vaak onbestraft blijven.

Tot slot, tonen buitenlandse voorbeelden de mogelijke risico’s van dit soort wetgeving. In landen als Turkije, Rusland, maar ook in sommige Europese staten zoals Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, wordt vergelijkbare wetgeving gebruikt om tegenstanders de mond te snoeren. Dat schetst een verontrustend beeld van hoe ook in Nederland misbruik kan ontstaan.

De essentie van een democratische rechtsstaat is dat burgers vrijuit hun mening moeten kunnen uiten, ook als die onwelgevallig is voor de machthebbers. Door de ruime en onduidelijke formulering bedreigt dit wetsvoorstel juist die fundamentele vrijheid.

Daarom verzoek ik u eerst grondig te onderzoeken wat de gevolgen zijn voor de vrijheid van meningsuiting, het publieke debat en het recht op vreedzame solidariteit.

Met vriendelijke groet.