Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Met deze reactie wil ik mijn ernstige zorgen uitspreken over de reikwijdte en formulering van het voorliggende wetsvoorstel.

Hoewel ik begrijp dat het doel is om steun aan terroristische organisaties te bestrijden, vind ik dat het voorstel te breed en te vaag geformuleerd is. Begrippen als “verheerlijken” en “steun betuigen” zijn niet scherp gedefinieerd, waardoor er een groot risico ontstaat op willekeurige toepassing.

Ik ben bezorgd dat hiermee vreedzame en legitieme uitingen van politieke of maatschappelijke opvattingen strafbaar kunnen worden gesteld. In het bijzonder noem ik het voorbeeld van uitingen over de situatie in Gaza: burgers moeten vrij en zonder angst voor vervolging hun mening kunnen geven over oorlogsmisdaden of mensenrechtenschendingen.
Kritiek op oorlogsmisdaden of steun aan slachtoffers mag nooit verward worden met het “verheerlijken van terrorisme”.

Deze vaagheid kan leiden tot een afschrikwekkend effect (chilling effect), waardoor mensen terughoudend worden om deel te nemen aan demonstraties of zich publiek uit te spreken. Dit raakt direct aan fundamentele rechten zoals:
• Vrijheid van meningsuiting (Artikel 7 Grondwet, Artikel 10 EVRM)
• Recht op vergadering en betoging (Artikel 9 Grondwet, Artikel 11 EVRM)

Dat is precies wat in een democratie beschermd moet worden.

Een wet die bedoeld is om geweld te bestrijden, mag nooit worden gebruikt om vreedzame burgers het zwijgen op te leggen.