kabinetsnotitie stelselwijziging omgevingsrecht

Reactie

Naam provincie Noord-Holland (D.M. Braas)
Plaats Haarlem
Datum 29 maart 2012

Vraag1

Bent u van mening dat het nieuwe stelsel bijdraagt aan het stimuleren van ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving?
Kunt u dit toelichten?
Het lijkt mij onwaarschijnlijk dat ontwikkelingen worden "gestimuleerd" door het bundelen van wetten vergunningstelsels. Het lijkt mij wel waarschijnlijk dat een integrale toestemming sneller kan worden afgegeven.

Door het uitgangspunt van positieve evenredigheid kunnen wellicht wel meer initiatieven doorgang vinden.

Indien onderzoeksgegevens gratis toegankelijk zijn, verwacht ik hier wel winst. Dit aangezien een ieder hier dan ook gebruik van kan gaan maken (van aanvrager, vergunningverlener, toezichthouder tot belangenverenigingen). Belangenverenigingen en burgers kunnen dan ook aangeven waar mogelijk informatie ontbreekt (zoals een vogelwerkgroep of inwoners met kennis van de historie van een gebied).

Vraag2

Bent u van mening dat het nieuwe stelsel bijdraagt aan de kwaliteit van de fysieke leefomgeving?
Kunt u dit toelichten?
Ik verwacht geen positieve bijdrage aan de kwaliteit van de fysieke leefomgeving. Het voorstel lijkt geschreven om initiatieven makkelijker doorgang te geven. Dit b.v. door opvulling van milieuruimte.

Daarnaast kijkt NL naar Europa om aan te geven wat de norm moet zijn. Dit is niet juist. NL moet haar eigen verantwoordelijkheid nemen om te bepalen of het minimum van Europa stelt ook voor NL genoeg is.

Vraag3

Bent u van mening dat het nieuwe stelsel bijdraagt aan het oplossen van de grootste knelpunten uit de dagelijkse praktijk? Kunt u dit toelichten voor de drie voor u belangrijkste knelpunten?
Ja en nee,
1. nee: onderzoeken worden steeds minder snel geaccepteerd. Momenteel vooral op gebied van externe veiligheid. Dit door de steeds verdergaande detaillering. de overheid kan onderzoeken niet meer goedkeuren omdat er altijd dingen over het hoofd worden gezien. Bedrijven weten niet waar ze aan toe zijn omdat de overheid steeds meer wil. Vereenvoudiging van de modellen en certificering van bureaus ligt voor de hand.

2. nee: de RUD's lijken gewoon milieudiensten te worden. Gemeenten lijken zo min mogelijk taken in te willen brengen. Even bij die collega binnenlopen voor het bouw/milieuadvies blijft zo onmogelijk. Het schrijven van een integrale vergunning wordt zo bemoeilijkt.

3. nee en ja: integratie van vergunningen bij grote inrichtingen leidt ook tot vertragingen. Het kan ook wenselijk voor de aanvrager zijn eerst te kijken welke installatie hij van milieu mag neerzetten, voordat hij over bouwhoogte en de kleur gaat nadenken. Deelvergunningen worden hierdoor steeds meer gebruikt. Een betere omschrijving van onlosmakelijkheid en meer sturen op fasering ligt voor de hand.

4: nee: Stikstofdepositie op natuurgebieden is een ergernis voor zowel overheid als aanvragers. Hopelijk is de PAS eerder af.

Vraag4

Welke drie aspecten van de stelselwijziging moeten volgens u met prioriteit worden verwezenlijkt?
1. integrale omgevingsdiensten waar alle taken in ondergebracht worden. Of alle taken naar de provincie.

2. vereenvoudiging van onderzoeken. Certificering van bureaus.

3. verantwoordelijkheid bij aanvrager. Nu heerst vaak de mening: als de overheid het goed vindt, ben ik van mijn verantwoordelijkheid ontslagen.

4. gratis beschikbaar stellen van onderzoeksgegevens

5. integratie van coördinatieregelingen, onlosmakelijkheid strikter formuleren en meer sturen op gefaseerde vergunningverlening.

Vraag5

Heeft u nog andere suggesties voor het nieuwe stelsel?
Verbetering van de omgevingskwaliteit lijkt geen doel meer. Voorkom verslechtering.

Modellen worden steeds beter. Deze worden daardoor steeds moeilijker te toetsen. Bezuinigingen zijn dan niet mogelijk, tenzij de overheid belangen niet meer als de hare herkent (b.v. externe veiligheid).