Denk opnieuw mee met de Staatscommissie rechtsstaat

Reactie

Naam WOZmoetBETER (ir. G. Groen)
Plaats Apeldoorn
Datum 22 april 2024

Vraag1

Hoe kan beleid en wetgeving minder ingewikkeld worden?

Voor veel burgers is de overheid onbegrijpelijk geworden. Er zijn veel verschillende overheidsorganisaties en daarnaast zijn ook aan private organisaties bepaalde publieke taken uitbesteed of opgedragen. Dat leidt tot ingewikkelde, verkokerde wetgeving en beleid en vervolgens weer tot versplinterde dienstverlening (met eigen al dan niet digitale loketten). Als beleid en wetgeving zo ingewikkeld is dat burgers door de bomen het bos niet meer zien, is dat een rechtsstatelijk probleem. Burgers weten de overheid dan niet goed te vinden en worden daardoor niet voldoende beschermd door en tegen de overheid. Deze ingewikkeldheid geldt in het bijzonder op het gebied van sociale zekerheid, fiscaliteit en het sociaal domein. De roep om het fiscale stelsel te vereenvoudigen, de toeslagen af te schaffen of de wetgeving in het sociaal domein te herzien is logisch, maar te gemakkelijk. Daarover zijn ook al verschillende rapporten verschenen en er lopen allerlei initiatieven waar met goede wil aan wordt gewerkt door betrokkenen, maar die hebben nog niet tot de gewenste vereenvoudiging geleid. Welke maatregelen zijn volgens u nodig om beleid en wetgeving structureel minder ingewikkeld te maken?
De wet WOZ is niet te ingewikkeld. De wet WOZ, met name art. 4 lid 1 a van de Uitvoeringsregeling instructie waardebepaling Wet WOZ laat juist te veel vrijheid aan gemeenten en rechters. Gevolg is, dat er op grote schaal onbetrouwbare taxatiemethoden worden toegepast. Bij de rechter mag de gemeente zelfs met een onwettige en onbetrouwbare methode komen, waarmee de uitkomst manipuleerbaar is en daarom meestal in het voordeel van de gemeente uitkomt. Als een belanghebbende met een soortgelijke manipuleerbare methode komt, die in zijn voordeel uitkomt, dan laat de rechter die van de gemeente zwaarder wegen, omdat de taxateur van de gemeente gecertificeerd is en belanghebbende niet. Deze manier van rechtspreken in WOZ-zaken wordt rechters waarschijnlijk geleerd in de geheime WOZ-cursus voor uitsluitend rechters. Ik noem het de regeltjes van de "juridische werkelijkheid". Een gepensioneerd jurist gespecialiseerd in belastingrecht die ook door heeft, dat dit zo niet langer kan, noemt het rechtersrecht. Regeltjes niet afleidbaar van de wet, maar op zijn minst voor een belangrijk deel afkomstig van de Waarderingskamer. Er is dan ook sprake van samenwerking tussen de rechterlijke macht en de wetgevende macht, maar ook tussen de wetgevende en de uitvoerende macht. Op de jaarlijkse belastingconferenties van de VNG komen de drie machten voor overleg samen. De Trias Politica samen tegen de burger, die door de anonimisering van uitspraken zoveel mogelijk verdeeld gehouden wordt. Als de rechtspraak wordt gevraagd een gefrankeerde open brief door te sturen naar een gelijkgestemde belanghebbende van een andere WOZ-zaak, waarvan alleen de rechtspraak het adres heeft, dan wordt dat geweigerd door de rechtspraak (gerechtshoven Den Haag en Den Bosch). Geen ongelijkheidscompensatie, zoals zou moeten in bestuursrechtspraak. Geen "wie stelt, die bewijst" voor ambtenaren in de WOZ-rechtspraak, alleen voor burgers. Geen vertrouwensbeginsel. Partijen bepalen het geschil, geldt niet in de WOZ. De rechter bepaalt het geschil: WOZ-waarde is wel of niet te hoog, hoeft van de rechter niet zo nauwkeurig mogelijk, een van de doelstellingen van de wet WOZ en een bewering van de gemeente op het taxatieverslag.

Vraag2

Welke wetgeving moet als eerste worden vereenvoudigd?

Bij de vorige vraag is toegelicht dat het stelsel van beleid en wetgeving de afgelopen jaren heel ingewikkeld is geworden. Dit geldt in het bijzonder voor wetgeving op het gebied van sociale zekerheid (bijvoorbeeld het aanvragen en gebruik maken van toeslagen en uitkeringen), fiscaliteit (ingewikkelde belastingregels en daarbij horende uitzonderingen) en het sociaal domein (het gebruik maken van sociale voorzieningen bijvoorbeeld op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning). Het is nodig om wetgeving te vereenvoudigen. Aan welke wetgeving moet hierbij prioriteit worden gegeven?
Als eerste moet niet een wet worden vereenvoudigd, maar moet de overheid transparant en eerlijk worden. Bij de uitvoering van de wet WOZ heeft de wetgever het privacy-argument misbruikt om de waardebepaling geheim te verklaren. Geen enkel Kamerlid heeft dit doorzien bij de behandeling van de wet WOZ. Kamerleden vertrouwen er kennelijk op dat de overheid de waarde eerlijk bepaalt. Dat was misschien ook wel zo tot ze in de negentiger jaren veel meer gingen uitbesteden aan de vastgoedbranche. Met de komst van de wet WOZ werd de toen al niet als betrouwbare bekend staande taxatietak van de vastgoedbranche zelfs binnen het ambtenarencorps gehaald. Betrouwbaar taxeren is echter geen expertise van de vastgoedbranche. Dat is ook in 2018 DNB en AFM gebleken bij taxaties voor hypotheken, die daarom de minister van Bzk om wettelijke maatregelen vroeg. Maar rechters geloven nog altijd dat ze dat wel kunnen, dat geloof behoort tot hun "juridische werkelijkheid". Er staat echter nergens in de wet dat de waarde bepaald moet worden met taxeren, zoals de vastgoedbranche dat doet. De wetenschap heeft al lang wel betrouwbare taxatiemethoden bedacht, maar de Waarderingskamer meent er niet meer om heen te kunnen voor de uitvoering van de wet WOZ.

Vraag3

Hoe kan bij maatwerk willekeur worden voorkomen?

Aan een belangrijk deel van de ambtenaren die veel contact met burgers hebben, worden twee botsende eisen gesteld. Aan de ene kant is de eis dat het niet uitmaakt welke ambtenaar een burger treft. Elke ambtenaar moet een burger gelijk behandelen. Aan de andere kant is het belangrijk dat een ambtenaar rekening houdt met de specifieke situatie van de burger. Dit noemen we maatwerk. Als een ambtenaar maatwerk levert, kan het ertoe leiden dat hij de ene burger anders behandelt dan een ander. Dus niet gelijk. Kortom, maatwerk en gelijk behandelen, levert voor de ambtenaar spanning op. Hoe moeten ambtenaren met deze spanning omgaan? Wat mag een burger daarin van een ambtenaar verwachten en wat niet?
In WOZ-zaken beweren de taxateurs van gemeenten, dat zij "maatwerk" verrichten, wat met een computermodel niet zou kunnen. Taxateurs zouden op grond van hun kennis en ervaring "maatwerk" kunnen verrichten.
Hoe het ook zij, uiteindelijk moet ook dat "maatwerk" van een taxateur als een getal in de WOZ-waarde terecht komen, moet dus (reproduceerbaar) geobjectiveerd worden. En als dat reproduceerbaar geobjectiveerd kan worden, dan kan het ook in een traditioneel computermodel (dwz niet AI gebaseerd) ingebouwd worden. Een traditioneel computermodel doet niets anders dan wat een taxateur objectief ook zou moeten doen om tot een waarde te komen. Juist met een traditioneel computermodel kan reproduceerbaar gewaardeerd worden en willekeur worden voorkomen. Een ambtenaar levert pas maatwerk als hij reproduceerbaar kan objectiveren. In de uitvoering van de wet WOZ is die kreet echter een dekmantel voor het aanpassen van modelwaarden aan bekende koopsommen en vraagprijzen. De Waarderingskamer zegt enerzijds dat het aanpassen van modelwaarden zo weinig mogelijk moet gebeuren, maar anderzijds schrijft de Waarderingskamer in haar beoordelingsprotocol woningen gemeenten maximale verschillen voor tussen modelwaarden en koopsommen en tussen modelwaarden en vraagprijzen. Die aanpassingen heeft de Waarderingskamer nodig om tegen media en politiek te zeggen, dat WOZ-waarden aansluiten op de markt.

Vraag4

Hoe kan het contact tussen burger en overheid worden verbeterd?

Een toegankelijke, begripvolle overheid en duidelijke overheidscommunicatie zijn belangrijke voorwaarden om burgers mee te kunnen laten doen met de rechtsstaat. Deze voorwaarden staan echter onder druk. Een aanzienlijk deel van de inwoners van Nederland begrijpt de communicatie vanuit de overheid niet. Burgers weten daardoor niet of de overheid iets van ze verwacht, en als dat het geval is, wat ze dan precies moeten doen. Daarnaast voelen deze burgers zich in het contact met de overheid vaak niet echt gehoord en ervaren zij veel wantrouwen. Met welke concrete maatregelen kan het contact tussen de overheid en de burger worden verbeterd?
In de uitvoering van de wet WOZ speelde die vraag ook. Als je de WOZ-waarde niet begrijpt, hoef je de gemeente maar te bellen en dan wordt er echt serieus naar je geluisterd. Serieus luisteren, dat wel, maar in wiens voordeel? Als de taxateur begrijpt dat iemand geen idee heeft hoe gewaardeerd wordt, dan heeft een taxateur dat al gauw door: dan wordt je heel vriendelijk afgebluft. Een voorbeeld: In een dalende markt, waren de WOZ-waarden van de omliggende woningen allemaal gedaald, maar niet die van een mevrouw. Die mevrouw belde op. Het argument van het duidelijk afwijkende dalingscijfer werd weggewimpeld met de opmerking, dat ieder jaar de WOZ-waarden opnieuw worden bepaald met voorbij gaan aan de WOZ-waarden in voorafgaande jaren. Een zeer terechte vraag van die mevrouw, maar als antwoord een van de foute regeltjes van de "juridische werkelijkheid". Als de taxateur het idee heeft, dat de beller serieus naar de WOZ-waarden van de buren en naar de marktprijzen heeft gekeken en daarom vindt dat zijn WOZ-waarde te hoog is, dan wordt er een tegenvraag gesteld. Meneer, wat dacht u dat uw WOZ-waarde dan zou moeten zijn. Burger: 70.000 lager. Taxateur: ik zal nog eens goed naar de cijfers kijken. Even later: jawel mijnheer, die lagere WOZ-waarde kunnen wij ook wel zien zitten. Als we daarmee akkoord gaan, zijn we het dan eens? Burger: ja. Dan is de koehandel beslecht en krijgt de burger een nieuwe beschikking met de lagere waarde toegestuurd. Hoeveel bezwaren op die twee manieren wordt voorkomen, daarvan zijn geen cijfers bekend.
Als de burger terecht geen koehandel wil drijven, maar zijn WOZ-waarde na wil kunnen rekenen, dan is er ineens geen sprake meer van een vriendelijke taxateur. Dan zou je alleen al met het taxatieverslag je WOZ-waarde kunnen controleren en hoeft de gemeente verder geen informatie meer te verstrekken. Na talloze rechtszaken vind ook de Hoge Raad dat de grondslag van de waardebepaling meer is dan alleen het taxatieverslag. Maar wat die grondslag dan wel is weet ook de Hoge Raad op de dag van vandaag nog steeds niet. De wetgever heeft dat nooit gespecificeerd en wil dat ook zo houden. Als je het contact serieus wil verbeteren, dan moet je open en transparant zijn. De volledige grondslag zonder beperkingen verstrekken. Er voor zorgen, dat de WOZ-waarde nagerekend kan worden en ook die van de buren en ook die van burgers in andere wijken. Dat geeft vertrouwen, dat de belasting eerlijk verdeeld is onder alle burgers.

Vraag5

Hoe kan doorprocederen door overheidsorganisaties worden verminderd?

Bij bezwaar- en beroepszaken tussen burger en overheid komt het regelmatig voor dat de overheid onnodig doorprocedeert, soms tot de hoogste rechter. Burgers ervaren dit als een enorme last. Dit is een gebrek in de rechtsbescherming die de overheid dient te bieden. Met welke concrete maatregelen kan doorprocederen door de overheid worden verminderd?
Nogmaals open en eerlijk zijn. WOZ-waarden moeten nagerekend kunnen worden. Dat kon voor de Wet WOZ van kracht werd. Daar heb ik een voorbeeld van. En dat kan nu nog. Onbetrouwbare waarderingsmethoden moeten uitgefaseerd worden. De Waarderingskamer moet ophouden met in haar beoordelingsprotocol woningen gemeenten maximale afwijkingen voor te schrijven tussen modelwaarden en koopsommen en tussen modelwaarden en vraagprijzen. Aanpassingen door taxateurs moeten echt uitzonderingen zijn en indien toch toegepast overtuigend gemotiveerd worden. Aanpassingen op basis van "kennis en ervaring van de taxateur" zijn niet bepaald overtuigend, zijn gewoon een smoes voor die aanpassingen. Als woningeigenaren hun WOZ-waarde kunnen narekenen zullen ze veel minder in bezwaar en beroep komen. De Wetgever/Waarderingskamer wil echter niet erkennen, dat ze zelf onbetrouwbare waarderingsmethoden aan gemeenten opgedrongen hebben en tot de dag van vandaag gekoesterd houden. Er wordt net gedaan alsof die WOZ-waarden goed aansluiten op het marktniveau, maar dat gebeurt dus door de vele aanpassingen van de modelwaarden om te voldoen aan de eisen van de Waarderingskamer om de verschillen tussen modelwaarden enerzijds en koopsommen/vraagprijzen kleiner te maken dan de door de Waarderingskamer gespecificeerde maxima. Gewoon bedrog dus.

Vraag6

Hoe kunnen te grote beloften van de politiek en overheid worden voorkomen?

Naar aanleiding van incidenten of een crisis bestaat bij de politiek en de overheid al snel de neiging om meer te beloven dan waar gemaakt kan worden of om maatregelen voor te stellen die niet mogelijk zijn onder het geldende recht. Denk bijvoorbeeld aan de zeer traag verlopende hersteloperatie toeslagen. Hierdoor ontstaat een tegenstelling tussen wat de overheid zegt en wat de overheid doet. Dit leidt uiteindelijk bij burgers tot een lager vertrouwen in de overheid. De rechtsstaat kan alleen goed werken als er sprake is van een goed samenspel tussen burgers en overheid. Als burgers geen vertrouwen meer hebben in de overheid kunnen ze afhaken. Het samenspel tussen burger en overheid valt dan stil. Dit ondergraaft de werking van de rechtsstaat. Hoe kan worden voorkomen dat politiek en overheid te grote beloften doen die niet kunnen worden waargemaakt?
Aardig van de Commissie om uit te gaan van te goeder trouw. Dat blijkt voor de inrichting en de uitvoering van de wet WOZ niet terecht te zijn. In de WOZ lijkt er eerder sprake te zijn van "het doel heiligt de middelen". Voor het kiezen van de juiste middelen zijn deskundigen nodig, geen zakkenvullers. De politiek moet beslissen op basis van argumenten, niet op basis van het winnen van zieltjes. Argumenten kunnen gevonden worden bij deskundigen. Niet bij organisaties, zoals de taxatiebranche, die alleen traditioneel de naam van deskundigheid plegen te hebben, maar niet de deskundigheid van onze moderne tijd. We accepteren geen medicijnmannen meer, maar nog wel steeds traditionele taxateurs, die een keertje langs rijden, een fotootje maken en op kantoor een standaardformulier invullen zonder de waarde systematisch en reproduceerbaar te onderbouwen met marktcijfers.

Op de eerste plaats moet worden voorkomen, dat misstanden kunnen uitgroeien. Onvolkomenheden en fouten in de wet moeten voorkomen worden en zodra ze er toch blijken in te zitten, zo snel mogelijk gerepareerd worden.

Belanghebbenden zijn degenen, die fouten en onvolkomenheden het eerste zullen ervaren. Naar enkelingen, hoe deskundig ook, wordt niet geluisterd. Ook belanghebbenden moeten zich (kunnen) verenigen. Voor de uitvoering van de wet WOZ zegt de VEH op te komen voor woningeigenaren, dat doen ze ook voor een aantal zaken, maar wat betreft de WOZ is de VEH ingepakt door de Waarderingskamer. Door onderzoeken uit te zetten in het ledenpanel van de VEH. Die onderzoeken hebben suggestieve vragen die mikken op instemming met het gebruik van door de Waarderingskamer gewenste, maar onjuiste middelen. De resultaten worden niet gepubliceerd. Wel worden de gewenste resultaten gebruikt als de mening van de woningeigenaren.

Natuurlijke personen en hun gegevens worden in Uitspraken van WOZ-rechtszaken geanonimiseerd volgens de richtlijnen van de rechtspraak "teneinde de privacy van deze personen te beschermen". Zelfs als er in de procedure door belanghebbende nadrukkelijk wordt gevraagd dat niet te doen en de zitting openbaar te houden. Volgens artikel 6 van het EVRM heeft iedereen recht op een openbare behandeling van zijn zaak, tenzij zich een van de uitzonderingen voordoet. Dat recht op openbaarheid kan op grond van artikel 19 EVRM niet ingeperkt worden met een eigen beleidsregel van de rechtspraak. Met onnodige anonimisering frustreert de Rechtspraak het verenigingsrecht van rechtzoekenden.

Vraag7

Hoe kan de burger beter worden betrokken bij vormgeving van beleid?

In de Nederlandse democratische rechtsstaat is een belangrijk uitgangspunt dat iedere inwoner van Nederland invloed kan hebben op de uitoefening van overheidsmacht. Een zichtbare en heel bekende manier om deze invloed uit te oefenen, is het recht om volksvertegenwoordigers te kiezen. Daarnaast zijn er ook andere manieren om inwoners van Nederland in staat te stellen invloed op de overheidsmacht uit te oefenen. Een van die manieren is om inwoners van Nederland beter te betrekken bij het maken van beleid. Veel overheidsorganisaties investeren in deze betrokkenheid, bijvoorbeeld door het organiseren van internetconsultatie en inspraakavonden. Toch heeft de staatscommissie de indruk dat deze betrokkenheid beter kan, zodat de inwoners van Nederland meer invloed kunnen hebben op de uitoefening van overheidsmacht. Met welke concrete maatregelen kan de burger beter worden betrokken bij de vormgeving van beleid?
Het gaat niet zo zeer om de burger als zodanig, maar om de deskundige burger en om de burger, die door het beleid getroffen wordt. Het gaat om argumenten en om de mogelijke consequenties voor de betreffende/getroffen burger. Het gaat ook om een eerlijke overheid. Daar is bij de totstandkoming, de uitvoering en de rechtspraak van de Wet WOZ geen sprake van. Dat was het ook niet bij de toeslagenaffaire, zover ik dat begrepen heb. Inspraak is er al heel vaak, maar ook ligt het besluit dan al vaak vast. Dan faalt de democratie.

We zitten vol met vooroordelen. Niet alleen in Rusland, ook in Nederland vindt indoctrinatie plaats. Niet alleen bewust door reclames van de commercie, maar ook door de overheid zelf. Sommige slogans, zoals "melk is goed voor elk", "even Apeldoorn bellen", "was ik nou maar naar specsavers gegaan", zijn heel leuk en verworden tot clichés, maar hebben ook hun keerzijden. Melk is helemaal niet goed voor kinderen boven een bepaalde leeftijd, bleek lang geleden in Afrika. De vastgoedbranche gebruikt "taxeren is geen exacte wetenschap" om te concurreren tegen de meer wetenschappelijk verantwoordde schattingsmethoden van de exacte branche. Dat cliché heb ik rechters regelmatig horen nazeggen in WOZ-rechtszaken. Maar ook de juristen, die de rechtszekerheid in de Wet WOZ (mede) vorm moesten geven. Destijds stonden die voor de keuze een aparte Rechtskamer of een opleiding in taxaties. Het werd het laatste, een geheime WOZ-cursus voor uitsluitend rechters met waarschijnlijk de regeltjes van de "juridische werkelijkheid". Nu het taxatiebedrog in de WOZ steeds duidelijker aangetoond wordt, komt de Staatssecretaris opeens weer met dat idee van een aparte Rechtskamer. Vormgeving van beleid door niet langer meer te verbergen schade en schande. Na de toeslagenaffaire staat er nu ook een WOZ-affaire met klinkklaar taxatiebedrog op het punt van bekend te worden.
Het is geen kwestie van de burger beter betrekken bij vormgeving van beleid, maar beter luisteren naar deskundige argumenten, het kunnen inleven van de consequenties voor burgers, het voorkomen van vooroordelen en het voorkomen dat ideeën doorgedrukt worden op basis van persoonlijke ongefundeerde voorkeuren.

Vraag8

Hoe kan worden gestimuleerd dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren een beter idee hebben van het belang van de rechtsstaat voor henzelf en de samenleving? En hoe kunnen burgers, politici, bestuurders en ambtenaren worden gestimuleerd dat ze gaan bijdragen aan het onderhoud van de rechtsstaat?

Vrijwel iedereen vindt de rechtsstaat belangrijk, maar de meeste mensen baseren dat belang op een vage notie van wat de rechtsstaat inhoudt. Dit geldt niet alleen voor burgers, maar ook voor politici, bestuurders en ambtenaren. Het leidt ertoe dat gesprekken over de rechtsstaat zich vaak beperken tot één invalshoek, dat mensen geen idee hebben wat de rechtsstaat voor hen kan betekenen, welke rol zij erin spelen of dat de rechtsstaat niet consequent wordt uitgelegd of voorgeleefd.
De staatscommissie ziet het als belangrijke eerste stap dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren de betekenis van de rechtsstaat kennen en omarmen. Daarmee staat zowel het idee als het belang van de rechtsstaat bij iedereen beter op het netvlies. De vraag is: met welke maatregelen kan worden gestimuleerd dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren hiervan kennis nemen en dit idee omarmen? En vervolgens: hoe zorgen we ervoor dat iedereen zijn bijdrage levert aan het onderhoud van de rechtsstaat? En kunt u dat specificeren naar burgers, politici, bestuurders en ambtenaren?
Er zijn naar mijn mening veel zaken mis of hebben op zijn minst veel meer uitleg nodig. Voor mij staat inmiddels wel vast dat de wetgever al bij het inrichten van de Wet WOZ willens en wetens misbruik heeft gemaakt van het privacy argument om de WOZ-bepalingen oncontroleerbaar te maken. Voorheen kon ik de OZB-waarde tot op de gulden nauwkeurig narekenen, sinds 1995 kan ik dat niet meer. Ik heb volgens art. 40 lid 2 Wet WOZ recht op de volledige grondslag, maar die krijg ik niet meer. Die grondslag betreft voornamelijk de resultaten van de marktanalyse neergelegd in een wettelijk verplicht rapport, dat tot de in werkingtreding van de Wet WOZ openbaar was, maar met de komst van de Wet WOZ geheim werd verklaard. Ik heb die grondslag wel gespecificeerd in mijn WOZ-rechtszaken, maar die wordt gewoon door rechters genegeerd. Sterker nog, toen de Vereniging van WOZ-gedupeerden de gemeente inzage vroeg in het tot dan wettelijk verplichte rapport met de resultaten van de marktanalyse, werd hun dat geweigerd door de gemeente Renkum. Toen de rechtbank Gelderland het op 19 augustus 2003 wel toestond, heeft de Waarderingskamer nog in 2003 de wettelijke plicht voor dat rapport doen afschaffen, een onrechtmatige daad. De Waarderingskamer zegt aan de voorkant voorstander te zijn van openheid en transparantie, maar aan de achterkant doet de Waarderingskamer er alles aan om te zorgen, dat de woningeigenaar zijn WOZ-waarde niet kan controleren. En dat gaat nog steeds zo door.

Maar niet alleen gemeenten, de VNG en de Waarderingskamer zijn de tegenstander van de woningeigenaar, ook de rechter is dat. Ook de rechter is bereid om te liegen in het voordeel van de gemeente. Voor een voorbeeld verwijs ik naar mijn bijdrage "De wet WOZ en de uitvoering ervan zijn een aanfluiting van de rechtsstaat" onder "5.5 Een voorbeeld uit de praktijk". Ik kan nog meer voorbeelden geven, maar die ruimte heb ik hier niet.

Helaas heb ik onlangs met een artikel 81 lid 1 RO moeten ervaren, dat ook de Hoge Raad meedoet aan het toedekken van foute WOZ-rechtspraak en arresten handhaaft, die in strijd zijn met Europese wetgeving. En ik ben niet de enige, die toedekken van wantoestanden in de rechtspraak constateert, zie het artikel "Onvrede met art. 81 lid 1 RO" van dr. J.C.K.W. Bartel in het Tijdschrift voor Formeel Belastingrecht, nummer 4, juni 2021, pp. 13-20. Als je zelfs de Hoge Raad niet meer kunt vertrouwen hoe kun je dan nog vertrouwen hebben in de rechtsstaat?