Wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven

Reactie

Naam Platform Duurzame Diensten & Producten (Hr. N.A. van der Wel)
Plaats ´s-Hertogenbosch
Datum 16 juni 2017

Vraag1

In het wetsvoorstel is een brede definitie van duurzaamheid opgenomen: ‘ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen’.

Graag horen we of deze voldoet, en zo niet, welke definitie u voor ogen zou hebben.
Graag ook aandacht voor het faciliteren/ondersteunen van met name MKB-bedrijven en Start-ups met innovatieve plannen/voorstellen op het gebied van duurzaamheid.

Vraag2

Het wetsvoorstel stelt dat er ‘voldoende’ draagvlak moet zijn voor een verzoek, onder degenen voor wie het verzoek gevolgen heeft (ondernemingen, consumenten en onder maatschappelijke organisaties). Het is aan de verantwoordelijke bewindspersoon te bepalen wanneer er voldoende draagvlak is, waarbij de toelichting duiding geeft.

Wanneer vindt u dat er sprake is van ‘voldoende’ draagvlak voor een verzoek? Wat moet hierover in het wetsvoorstel worden opgenomen?
Graag in de toelichting van de verantwoordelijke bewindspersoon ook de schriftelijke reacties van de geraadpleegde ondernemingen, consumenten- en andere maatschappelijke organisaties opnemen.

Vraag3

De ACM krijgt de mogelijkheid advies te geven over de markteffecten van een ingediend initiatief op basis van de beschrijving in het verzoek. In de toelichting staat dat de regering daarnaast advies in kan winnen bij andere organisaties, zoals het Planbureau voor de Leefomgeving.

Hoe zou de adviserende fase volgens u vorm moeten krijgen en wie moet daarbij worden betrokken?
Adviezen van ACM, Planbureau voor de Leefomgeving en eventuele andere relevante organisaties (direct) toevoegen aan de toelichting van de verantwoordelijke bewindspersoon als onder vraag-2 bedoeld.

Vraag4

Het wetsvoorstel beoogt een optimale balans te vinden tussen zorgvuldigheid en snelheid in het tot stand brengen van duurzaamheidsinitiatieven.

Hoe kan deze balans verder worden verbeterd?
Door de adviezen van ACM, Planbureau voor de Leefomgeving en eventuele andere relevante organisaties (direct) toe te voegen aan de toelichting van de verantwoordelijke bewindspersoon als onder vraag-2 bedoeld, kan de snelheid van de procedure worden bevorderd.

Vraag5

Regelingen die op basis van het wetsvoorstel tot stand komen, blijven bestaan tot een expliciet besluit genomen wordt de regeling te stoppen of deze in sectorspecifieke wetgeving op te nemen. De regelingen worden wel standaard geëvalueerd. Aan de regeling kan ook een maximale duur (5 jaar, 10 jaar) worden verbonden. Om de regeling te verlengen zou de procedure dan opnieuw moeten worden doorlopen.

Wat heeft uw voorkeur?
Er zal in ieder geval voor gezorgd moeten worden dat er sprake is van ´een betrouwbare overheid`, met dien verstande dat particulieren en bedrijven die gebruik willen maken van bepaalde regelingen vooraf een duidelijk inzicht krijgen over de (door de overheid gegarandeerde) looptijd van bepaalde regelingen.