Wet Voorschriften vrijstelling leerplicht bij richtingbezwaren

Reactie

Naam Universiteit Utrecht (MSc L Mulders)
Plaats Utrecht
Datum 16 juli 2020

Vraag1

Wat vindt u van dit wetsvoorstel?
Samenvatting:
Het voorstel is op een aantal belangrijke punten onduidelijk, en stuurt de juridische inbedding van thuisonderwijs in de verkeerde richting. De voorgestelde wijzigingen zijn vanuit orthopedagisch perspectief grotendeels niet in het belang van kinderen die thuisonderwijs krijgen, noch van ouders die deze onderwijsvorm voor hun kinderen overwegen.

1. Het voorstel sluit niet goed aan bij de tijdsgeest, omdat het thuisonderwijs moeilijker maakt. De behoefte om te kunnen kiezen voor thuisonderwijs neemt echter juist toe, onder andere als gevolg de problemen met passend onderwijs en thuiszitters.
2. De voorgestelde invulling van het toezicht past niet bij de onderwijsvorm thuisonderwijs. Er wordt een vrij zwaar top down controlemechanisme ingezet voor een groep waar in feite weinig zorgen over zijn. De bepalingen komen grotendeels voort vanuit een schools denkkader en er klinkt wantrouwen in door. Meer voor de hand liggend is een bottom up benadering waarbij thuisonderwijzers en hun verenigingen zelf aangeven wat een passende manier is om inzicht te geven in de kwaliteit van hun onderwijs, en deze waar nodig te verbeteren.
3. Er zijn een aantal bepalingen die overduidelijk niet in het belang van het kind zijn, zoals het verplichte huisbezoek, het verplichte gesprek (m.n. dat op zeer jonge leeftijd), verschillende randvoorwaarden die de kwaliteit van het thuisonderwijs eerder ondermijnen dan bevorderen, de verplichte toetsmomenten, en het feit dat het toezicht op het leerplan en de inrichting van het thuisonderwijs niet wordt uitgeoefend door iemand die daarin gespecialiseerd is. Hierdoor ligt het gevaar van willekeur en hanteren van niet ter zake doende criteria op de loer.

Maatregelen die bijdragen aan de kwaliteit van het thuisonderwijs en het uitstroomniveau van de kinderen, en die worden gemonitord en gestimuleerd door mensen die de praktijk van thuisonderwijs goed begrijpen, zijn in principe toe te juichen. Het zou mooi zijn als de bijzondere onderwijsvorm thuisonderwijs op deze manier beter ingebed en ondersteund wordt, een juridisch kader krijgt dat meer rechtszekerheid biedt, en breder toegankelijk wordt. Het past bij een (liberale) democratie dat gezinnen in vrijheid voor deze onderwijsvorm kunnen kiezen. Thuisonderwijs is een interessante, moderne en kansrijke toevoeging aan het onderwijsaanbod.

Bijlage