Wijziging Wet inburgering mbt participatieverklaring

Inburgeringsplichtigen moeten ogv de Wet inburgering binnen drie jaar na verkrijging verblijfsvergunning het inburgeringsexamen of vrijstellend examen behalen. De afgelopen jaren is de behoefte ontstaan om inburgeringsplichtigen al op een eerder tijdstip niet-vrijblijvend met de kernwaarden van de Nederlandse samenleving te laten kennismaken en hun betrokkenheid met Nederland te laten uitspreken. Daartoe wordt de participatieverklaring en maatschappelijke begeleiding ingevoerd.

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 28-04-2016
Einddatum consultatie 19-05-2016
Status Gesloten
Type consultatie Wet
Organisatie Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Onderwerpen Integratie

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.

Doel van de regeling

Doel van het toevoegen van het participatieverklaringstraject als nieuw onderdeel aan het inburgeringsexamen is om inburgeringsplichtigen al in een vroeg stadium na hun vestiging in Nederland kennis te laten maken met de Nederlandse normen en waarden. Het is immers van belang dat inburgeringsplichtigen snel beginnen met het opdoen van de kennis en vaardigheden die nodig zijn om volwaardig mee te kunnen doen in de Nederlandse samenleving. Achtergrond hiervan is de gedachte dat onze samenleving alleen kan functioneren als iedereen die zich hier wil vestigen meedoet, de kernwaarden van de Nederlandse samenleving respecteert en zelfredzaam is. De Nederlandse maatschappij biedt veel mogelijkheden en voorzieningen die van grote waarde zijn voor individuele burgers, maar verwacht daar ook iets voor terug. Gemeenten hebben voorts aangegeven de behoefte te hebben om binding te houden met, en zicht te houden op, inburgeringsplichtigen in hun gemeente en de integratie en participatie van deze inburgeringsplichtigen actief te willen bevorderen. Derhalve wordt de maatschappelijke begeleiding steviger gepositioneerd.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

• Inburgeringsplichtige nieuwkomers: voornamelijk gezinsmigranten en asielmigranten.
• Gemeenten: zij krijgen een nieuwe taak voor wat betreft het participatieverklaringstraject. Daarnaast wordt de maatschappelijke begeleiding die gemeenten verstrekken aan asielmigranten en hun gezinsleden wettelijk vastgelegd.
• De Dienst Uitvoering Onderwijs: voert in mandaat van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de werkzaamheden met betrekking tot het inburgeringsexamen uit.

Verwachte effecten van de regeling

Het participatieverklaringstraject wordt een verplicht onderdeel van het inburgeringsexamen en wordt daarin gepositioneerd als het beginstuk van de inburgering. Door het traject een onderdeel van het inburgeringsexamen te maken, wordt het niet-vrijblijvende karakter van het volgen van het participatieverklaringstraject wettelijk vastgelegd en benadrukt. Het participatieverklaringstraject is bedoeld ter bevordering van de integratie en inburgering van inburgeringsplichtigen, waardoor de inbedding van dit traject in het inburgeringsexamen voor de hand ligt. Aansluiting bij het inburgeringsexamen brengt bovendien het voordeel met zich dat de algemene regels hieromtrent ook van toepassing zijn op het participatieverklaringstraject. Te denken valt bijvoorbeeld aan de algemene ontheffingsmogelijkheden die in de Wet inburgering zijn opgenomen en de mogelijkheid om een sociale lening af te sluiten voor onder andere het afleggen van het examen. Daarnaast kan op deze wijze de inhoud van het participatieverklaringstraject nader worden vastgelegd.
Het wettelijk vastleggen van de maatschappelijke begeleiding borgt de begeleiding van asielmigranten en hun gezinsleden in de gemeente waar ze zich (regulier) vestigen.

Doel van de consultatie

Het doel van deze consultatie is tweeledig:
1. Het informeren van de samenleving over de voorgestelde wetgeving;
2. Reacties verzamelen op de in het wetsvoorstel genoemde onderwerpen.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd

Zowel op de tekst van de artikelen van het wetsvoorstel als op de toelichting kan gereageerd worden.