Verlenging naturalisatietermijnen

Reactie

Naam B.S. Chesnokov
Plaats Maastricht
Datum 11 oktober 2025

Vraag1

U kunt op de gehele regeling en memorie van toelichting reageren.
De voorgestelde wijzigingen in de wet op het Nederlanderschap en de verlenging van naturalisatietermijnen hebben geen directe of indirecte relatie met echte integratie. In Nederland bestaan meerdere manieren om staatsburgerschap te verkrijgen zonder taalexamen. Migranten die verplicht zijn om in te burgeren volgen vaak 600 of 800 uur lessen zonder daadwerkelijk de taal te leren of examens te behalen. Zij ontvangen vervolgens een inburgeringsdiploma en blijven afhankelijk van sociale voorzieningen zonder enige kennis van taal, cultuur of samenleving. Dit is een structureel probleem dat niet wordt aangepakt door het verlengen of verwijderen van naturalisatietermijnen. Als de overheid werkelijk integratie wilde bevorderen zou het logischer zijn om het systeem dat integratie ondermijnt te hervormen en de mogelijkheid om een diploma te behalen zonder taalexamen af te schaffen. Mensen die inspanningen leveren om de taal te leren, examens afleggen, werken en belasting betalen worden door deze wetswijziging feitelijk gestraft. Zij dragen bij aan de samenleving terwijl degenen die niets doen ongemoeid blijven en rechten behouden. De maatregel heeft geen enkel effect op migranten die uitsluitend naar Nederland komen voor sociale voorzieningen. Voor hen maakt het geen verschil of zij vijf of tien jaar moeten wachten op een paspoort. Zij blijven afhankelijk van uitkeringen. Dit beleid treft uitsluitend degenen die daadwerkelijk integreren, participeren en verantwoordelijkheid nemen. Het voorstel is in essentie populistisch en bedoeld om een politiek signaal af te geven, niet om integratie te versterken. Het lost geen enkel structureel probleem op en draagt niet bij aan gelijke behandeling of eerlijke kansen. Het verlengen van de termijn creëert schijnoplossingen en vergroot de kloof tussen beleid en realiteit. Echte integratie kan alleen worden bereikt door consequent beleid dat taalbeheersing en actieve participatie centraal stelt. Het huidige voorstel ondermijnt dat principe en ontmoedigt juist de groep migranten die bereid is te investeren in de samenleving. In plaats van strengere symbolische maatregelen zou de overheid zich moeten richten op afschaffing van de mogelijkheid om in te burgeren zonder taalexamen en op beleid dat echte deelname en verantwoordelijkheid stimuleert. Populistische wetswijzigingen lossen niets op en brengen integratie geen stap verder.