Meer ruimte voor nieuwe scholen

Reactie

Naam Partij van de Rede (drs. Sociolgie - MSc. E-Learning J. de Vries)
Plaats Deventer
Datum 28 februari 2016

Vraag1

Denkt u dat de voorgenomen wijzigingen voldoende ruimte bieden om die scholen op te richten waar ouders en leerlingen behoefte aan hebben?
Het antwoord op deze vraag is volmondig NEE.
Waarom zullen de voorgenomen wijzigingen niet het gewenste effect hebben:

1.a)
Er wordt terecht geconstateerd dat in de huidig geseculariseerde samenleving, waarin meer dan 60% van de bevolking die geen geloof meer aanhangen en gezien kunnen worden als godsvrije mensen. Het onderwijsveld bestaat nu 64% uit bijzondere geloofsscholen en 25% openbare scholen. (CBS-2007). Deze verhouding komt niet overeen met de werkelijke bevolkingssamenstelling. Zou je willen aansluiten bij de seculiere samenleving dan zou je een bekostigend onderwijssysteem moeten bieden die religies neutraal is. Ofwel je zou geen gesegregeerd geloofsonderwijs meer voor bekostiging aanmerking laten komen.
(zie het voorstel principale uitgangspunt van het bijgevoegde document)

1.b)
Ouders, groepen die een school willen of zullen oprichten zijn vaak beter gesitueerd. Dit zal bijdragen aan grotere segregatie van groepen naar inkomen en intellectuele vaardigheden en kennis; ofwel de sociale maatschappelijke integratie wordt verder ondermijnd. Waardoor er een nog grotere elite en klassenverdeling zal worden doorgevoerd door het onderwijs. Hierdoor ontstaat er geen scholing waarbij ontwikkeling voor de gehele lerende populatie wordt geboden.

1.c)
Naast de bestaande geloofsrichtingen zal er een wildgroei van ongecontroleerde en ongedefinieerde richtingen komen die denken dat zij een school willen en kunnen stichten. Het gevaar bestaat dat groepen ouders voor hun kinderen het eigen eenzijdige onwetenschappelijke wereldbeeld gaan onderwijzen. Richtingen als New Age zwevers, creationisten of Scientology clubs worden nu ook opgeroepen om op basis van hun levensbeschouwing een school op richten.

1.d)
Daarnaast wordt de bestaande structuur in stand gehouden door alleen maar in de marge ruimte te bieden.

# Het grootste gevaar is dat wat er overblijft van het openbaar onderwijs overblijft het afvalpoutje van het onderwijs gaat worden, dat is totaal ongewenst voor de samenleving.

Vraag2

Denkt u dat initiatiefnemers met de keuze tussen marktonderzoek en ouderverklaringen goed de belangstelling voor hun school kunnen aantonen?
2.a)
De groepen ouders die op basis van kennis en vaardigheden een initiatief nemen zullen waarschijnlijk best kunnen zorgen voor handtekeningen. Alleen in hoeverre is het verzamelen van handtekeningen een daadwerkelijke afspiegeling van de behoefte aan gewenst onderwijs. Het is een blijven geselecteerde groepen die zich voor hun eigen school inzetten zonder zicht te bemoeien met het algemeen sociaal maatschappelijke belang.

2.b.)
Het opzetten van marktonderzoeken zijn specifieke ingerichte vraagstellingen die niet afgestemd zijn op een directe behoefte. Op basis van het invoeren van marktonderzoek wordt stapsgewijs de marktwerking verder ingebracht in het onderwijs. Ofwel de onderlinge concurrentie zal de kwalitiet van het onderwijs ondergraven. De overheid die de maatschappelijk zorg zou moeten dragen voor het onderwijs levert het onderwijs aan de marktwerking dat ongewenst is. (zie hiervoor ook de praktische aantekeningen van het bijgevoegde document; onderwijs uitverkoop)

2.c)
De onduidelijkheid van de bekostiging en het gegeven dat de gemeentelijke overheden zonder budget hiermee worden opgezadeld om binnen 18 maanden een schoolgebouw te moeten opleveren ondergraaft het gemeentelijk beleid.

Vraag3

Biedt de voorgestelde wetswijziging voldoende waarborgen om te zorgen dat nieuwe scholen van goede kwaliteit zijn?
Het wordt alleen maar twijfelachtiger om de kwaliteit te behouden.

3.a)
Het grote gevaar is dat door de wisselende aanvragen en opstapelende verzoeken de kwaliteit niet getoetst kan worden.

3.b)
Het grootste gevaar is hierbij dat er wederom een grotere bureaucratische toetsingssysteem moet worden opgetuigd.

# Dit zal niet bijdragen aan het bieden van kwalitatief wetenschappelijk geborgd en pedagogisch didactisch onderbouwd onderwijsaanbod.

Vraag4

Komt het wetsvoorstel voldoende tegemoet aan de situatie in zowel gebieden met leerlingengroei als met leerlingendaling
Het zal er alleen mar ondoorzichtiger van worden.

4.a)
Bij een leerlingengroei zal er een wedloop ontstaan op de leerlingen door eigen schoolsituaties te profileren door concurrentie en promotionele activiteiten. Door het schoolplan weg te halen bij de gemeentelijk overheden zal het ondoorzichtig worden voor de vragende ouders.

4.b)
In een krimpsituatie zal het probleem neergelegd worden bij het openbaar onderwijs op in de laatste moeilijke situatie de boel overeind te houden.

# Het lijkt erop dat er in het wetsvoorstel weinig of geen aandacht is besteed aan de plaats en de positie van het openbaar onderwijs.

Vraag5

Zijn er nog overige opmerkingen die u wilt meegeven
De zeven argumenten voor openbaar onderwijs zijn:

1. Scheiding van geloof en onderwijs
2. Onderwijs vrij van religie
3. Wetenschappelijke onderbouwing van het onderwijs
4. Onderwijs voor sociale en maatschappelijke integratie
5. Vernieuwing van Artikel 23
“Zorg voor deugdelijk en kwalitatief openbaar onderwijs”
6. Vrij van religieus ingericht onderwijs
7. Onderwijs voor de lerenden

Bijlage