Wet toezicht informeel onderwijs
        
            Reactie
        
            
            
                | 
                    Naam
                 | 
                
                    Anoniem
                 | 
            
            
                | 
                    Plaats
                 | 
                
                    Rotterdam 
                 | 
            
            
                | 
                    Datum
                 | 
                
                    5 januari 2025
                 | 
            
            
        
        
        
                
                Vraag1
                Wilt u reageren op het Wetsvoorstel Toezicht informeel onderwijs dan kunt u hier een reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten en/of door een bericht te uploaden.
                
                    
                    Ik zie graag antwoorden op onderstaande vragen:
	•	Hoe waarborgt deze wet fundamentele rechten zoals vrijheid van godsdienst, onderwijs en vereniging, terwijl deze juist lijken te worden ingeperkt?
	•	Is deze wet in overeenstemming met internationale mensenrechtenverdragen, zoals het EVRM (Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens)?
	•	Waarom wordt religieus onderwijs, dat vaak vrijwillig wordt gevolgd onder specifiek toezicht gebracht?
	•	Hoe definieert de overheid “informeel onderwijs,” en waarom zijn de criteria zo vaag?
	•	Hoe voorkomt deze wet willekeur in de handhaving, gezien het risico op discriminatie van bepaalde gemeenschappen?
	•	Welke objectieve meetinstrumenten worden gebruikt om te bepalen of een informele onderwijsinstelling schadelijk is?
	•	Waarom is het nodig om persoonsgegevens te registreren van betrokkenen in informeel onderwijs?
	•	Hoe voorkomt de overheid dat deze gegevens worden misbruikt of leiden tot stigmatisering van bepaalde religieuze of culturele groepen?
	•	Wat zijn de waarborgen om privacy van burgers te beschermen tegen overmatig toezicht?
	•	Hoe weegt de overheid de waarde van religieus onderwijs voor de identiteitsontwikkeling van jongeren mee in haar besluitvorming?
	•	Heeft de overheid onderzoek gedaan naar de positieve impact van informeel religieus onderwijs, en hoe wordt dat meegenomen in de beoordeling?
	•	Hoe wordt voorkomen dat deze wet leidt tot verdere polarisatie en wantrouwen jegens de overheid binnen religieuze gemeenschappen?
	•	Zijn er alternatieven overwogen om problematische vormen van onderwijs aan te pakken zonder fundamentele vrijheden te schenden?
	•	Waarom wordt de verantwoordelijkheid niet meer gelegd bij ouders en gemeenschappen zelf, in plaats van directe overheidsinterventie?
	•	Hoe kan de overheid samenwerken met religieuze instellingen om transparantie en kwaliteit te waarborgen zonder te controleren of in te grijpen?
	•	Hoe rechtvaardigt de overheid dat dit voorstel alle informele onderwijsinstellingen raakt, terwijl het probleem zich slechts in enkele gevallen voordoet?
	•	Is de impactanalyse van deze wet publiekelijk beschikbaar, en hoe wordt aangetoond dat de voordelen opwegen tegen de nadelen?
7. Toekomstige implicaties
	•	Zet deze wet een precedent voor verdere controle op andere vormen van informeel onderwijs, zoals bij sportverenigingen of hobbygroepen?