Implementatiewet toegang basisbankrekening

Reactie

Naam mr. LMA van den Heuvel
Plaats Rotterdam
Datum 18 augustus 2015

Vraag1

n.v.t.
Banken mogen iemand een basisbankrekening weigeren indien men is veroordeeld voor één van de in het wetsvoorstel opgesomde misdrijven, en hieraan is geen vervaltermijn verbonden. Deze zie ik althans niet in het wetsvoorstel opgenomen staan.

In de MvT staat dan wel het volgende vermeld:

“Om na te gaan of een consument betrokken is geweest bij een negatief antecedent kan een bank zoals momenteel al mogelijk is voor de reguliere betaalrekeningen haar eigen incidentenregister of Extern Verwijzingsregister raadplegen. De enkele vermelding in dergelijke registers, is niet voldoende voor weigering van een aanvraag tot het verstrekken van een basisbankrekening. De betrokkene dient daadwerkelijk en onherroepelijk te zijn veroordeeld voor een van de opgesomde misdrijven. In de praktijk wordt na 8 jaar een vermelding uit de registers verwijderd, het risico op misbruik indien een persoon meer dan acht jaar geleden onherroepelijk is veroordeeld, wordt zeer klein geacht. Banken dienen in ieder geval proportioneel om te gaan met de beslissing om wel of niet een basisbankrekening te verstrekken.”

In de praktijk wordt er dus na acht jaar een melding uit de registers verwijderd. Dit lees ik als een bevoegdheid van banken om iemand minimaal acht jaar een bankrekening te mogen ontzeggen. En wat gebeurt er als een melding niet wordt verwijderd uit genoemde registers? Bestaat er een verplichting voor banken om de melding uit de registers te verwijderen na tijdsverloop?
Deze wettekst creëert een behoorlijk grote bevoegdheid voor banken om mensen levenslang uit te sluiten van een basisbankrekening, zoals hiervoor al terecht wordt opgemerkt.