Wet versterking bestuur pensioenfondsen

Reactie

Naam Bestuursbureau BPL (mr. S.M.A.H.M. Oomens-Simons)
Plaats Zoetermeer
Datum 19 augustus 2011

Vraag1

Wat vindt u van de aanpassing van het bestuursmodel voor de pensioenfondsen?
Vragen n.a.v. voorontwerp
- Wanneer dient raadpleging voor het eerst plaats te vinden nadat artikel 103 Pensioenwet wet is geworden? Binnen de twee jaar die gesteld worden om de aanpassingen te verwerken na invoering van de wetgeving, of uiterlijk 2017 (vijf jaar na inwerkingtreding van de wet)?
- De vertegenwoordiger van de gepensioneerden, dient deze een achterban te hebben? Bijvoorbeeld afkomstig te zijn uit een vereniging van gepensioneerden? Is het mogelijk dat gepensioneerden een vertegenwoordiger aanwijzen in een werknemersvereniging? Gelden er behalve t.a.v. deskundigheid en betrouwbaarheid nog andere vereisten aan de vertegenwoordiger van gepensioneerden? De raad van toezicht heeft de bevoegdheid om bij disfunctioneren van een bestuurslid te melden aan de deelnemersraad en het orgaan dat benoemt. Dit duidt erop dat ook de vertegenwoordiger van gepensioneerden door een officieel orgaan benoemd dienen te worden? Graag hier nader op ingaan in het wetsvoorstel.
- Wie benoemt en hoe wordt de raad van toezicht benoemd? Voorgestelde artikelen in de Pensioenwet regelen niet hoe de positie bestuur en raad van toezicht tegenover elkaar staan bij verschillen in inzicht. Wat gebeurt er als de raad van toezicht zaken afkeurt van het bestuur en het bestuur blijft het oneens met de raad van toezicht? Hoe onafhankelijk dient de raad van toezicht te zijn? Zouden taken van de raad van toezicht ook binnen een bestuursbureau kunnen worden belegd of is dit niet onafhankelijk genoeg. Is er bij SZW nagedacht over de extra kosten die een dergelijk toezichtorgaan met zich meebrengen? Deze komen ten laste van de deelnemers! De visitatiecommissie werd voor bpf’en geen krachtig orgaan gevonden. Waarom wordt er wel gedacht dat de raad van toezicht dit wel is?
- Is er binnen SZW nagedacht over de extra kosten die uitvoerende ‘professionele’ bestuurders met zich meebrengen? Deze komen ten lasten van de deelnemers!