wettelijke verankering gedragscode franchise

Reactie

Naam J. van Vliet
Plaats Veenendaal
Datum 13 april 2017

Vraag1

U kunt hier reageren op het concept wetsvoorstel wettelijke verankering gedragscode franchise.
Van 1990 tot 2015 ben ik AH franchiseondernemer geweest. In die 25 jaar heb ik ook het voorrecht gehad om gedurende 7 jaar bestuursvoorzitter te zijn van de Vereniging van AH Franchisenemers. De VAHFR behartigt de belangen van alle franchiseondernemers. In mijn bestuurlijke periode heb ik de houding van de franchisegever sterk zien veranderen. Van vertrouwen en gezamenlijk optrekken is een sfeer ontstaan van wantrouwen en iedere voor zich. Ten aanzien van de kracht en uitvoering van de formule zijn er weinig discussiepunten. Het gaat mis in de contractuele samenwerking. Veranderende tijden en ontwikkelingen zijn hier debet aan. FG ontwikkelt naar eigen inzicht omstandigheden die positief uitpakken voor hem zelf , maar veelal voorbij gaan aan het gezamenlijke belang. Als voorbeeld noem ik de discussie over e-commerce, onverdeelde marge en klantendata. Gesprekken en overleg zijn vriendelijk en voorkomend, duren jaren, maar leiden helaas niet tot een werkelijke oplossing. Tot mijn grote spijt heeft de VAHFR zelfs de gang naar de rechtbank moeten maken. Veel geld wordt er uitgegeven en veel inspanning wordt er wederzijds geleverd om elkaar van ieders gelijk te overtuigen. Franchising is een prachtig model dat voor zowel FG’s als FN’s grote voordelen biedt. FN’s bouwen mee aan de groei van de formule. Zij investeren en lopen risico. Zij moeten kunnen rekenen op een vertrouwde omgeving waar voor beide de ‘gunfactor’ en het vertrouwen in de volle breedte aanwezig zijn. In de afgelopen jaren is de machtsverhouding in een groot aantal organisaties scheef gegroeid. Niet alleen de VAHFR heeft de rechtsgang moeten maken. Helaas is in veel organisaties strijd tussen partijen FG’s en FN’s. Dit alleen al geeft aan dat goede wetgeving voor deze vorm van samenwerking noodzakelijk is. De ontwikkelde NFC is een start om de samenwerking weer op een goed en vooral gelijk niveau te brengen. Juridische borging middels wetgeving is hiervoor een must.