Differentiatie vliegbelasting
Reactie
| Naam | Anoniem |
|---|---|
| Plaats | landelijk |
| Datum | 24 februari 2025 |
Vraag1
Per 2027 wil het kabinet de totale opbrengst van de vliegbelasting met € 248 miljoen verhogen. Het plan is om vluchten over lange afstanden - met een hogere totale uitstoot - meer te belasten. In veel Europese landen die een vliegbelasting hebben, worden vluchten over langere afstanden al hoger belast. Dit wordt ook wel ‘differentiatie van het tarief van de vliegbelasting naar afstand’ genoemd.1. Vindt u dat lange vluchten (>2.500 km) zwaarder belast moeten worden dan korte vluchten (<2.500 km)?
Als artsen infectieziektebestrijding maken we ons zorgen over de volksgezondheid. De luchtvaart zal de komende jaren verder toenemen in omvang. Dit kan schadelijke effecten hebben op de volksgezondheid. Vanuit het perspectief van gezondheid en infectieziektebestrijding zijn wij daarom van mening dat lange en zeer lange vluchten zwaarder belast moeten worden dan korte vluchten, naar rato van het aantal kilometers.
Vliegbelasting verhogen draagt bij aan het beperken van de verdere groei van vliegbewegingen. Vermindering van het aantal vliegbewegingen is van belang voor de volksgezondheid en in het bijzonder de bestrijding van infectieziekten. Voor dit laatste zijn de volgende redenen te noemen (zie ook de bijlage voor toelichting):
1) Vliegbewegingen zorgen voor versneld transport van ziekteverwekkers over de wereld, waardoor een pandemie kan ontstaan. Een bekend voorbeeld is de COVID-19 pandemie.
2) Minder vliegen vermindert CO2-uitstoot er daarmee klimaatverandering. Klimaatverandering leidt onder andere tot toename van infectieziekten in Nederland1).
De huidige vliegbelasting is voor elk ticket even groot. De impact van (zeer) lange vluchten op infectieziekten en op het klimaat zijn echter in verhouding groter, waardoor het proportioneel is om voor lange vluchten meer belasting te heffen. Het is van belang de uitkomsten van het onderzoek af te wachten om de effecten op mens en milieu te kunnen duiden en de belasting zo doelgericht mogelijk in te zetten. De belasting zou vanuit het perspectief van volksgezondheid, in ons geval in het bijzonder vanuit het perspectief van infectieziekten, idealiter uiteindelijk moeten leiden tot een afname van de groei van het aantal vliegbewegingen.
1. https://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/2023-0324.pdf
Vraag2
Zeer korte vluchten – zoals een vlucht van Amsterdam naar Brussel - veroorzaken per kilometer relatief veel uitstoot. Ook zijn er vaak andere, duurzamere vervoersopties zoals de trein of de auto beschikbaar. Zeer lange vluchten – zoals een vlucht van Amsterdam naar Bali – hebben juist een hoge totale uitstoot, mede door de duur van de vlucht.2. Vindt u dat zeer korte vluchten (<500 km) extra belast moeten worden in de vliegbelasting ten opzichte van andere vluchten?
Elke vliegbeweging is nadelig voor de verspreiding van infectieziekten, echter lange vluchten kennen veel grotere risico’s dan korte vluchten. De vliegbelasting op zeer korte vluchten is momenteel al relatief hoog vergeleken met andere EU-landen.
Wij vinden het daarom niet nodig om de belasting op zeer korte vluchten verder te verhogen. Echter, het is van belang om de ontwikkeling van duurzamere alternatieven, zoals de hogesnelheidstrein, te blijven stimuleren.
Vraag3
3. Vindt u dat zeer lange vluchten (>10.000 km) extra belast moeten worden in de vliegbelasting ten opzichte van andere vluchten?Absoluut, wij zijn van mening dat zeer lange vluchten naar rato van het aantal kilometers belast moeten worden. Zeer lange vluchten dragen namelijk bij aan (te) snelle verspreiding van bepaalde infectieziekten over de wereld. Zie de toelichting in de bijlage.
We zouden (zeer) lange vluchten graag willen ontmoedigen en vinden het voorgestelde bedrag van 248 miljoen euro nog aan de lage kant om daadwerkelijk te effectueren dat de groei van het aantal vliegbewegingen vanuit Nederland afgeremd wordt. Wij stellen voor om, in lijn met o.a. Duitsland, Zweden en Denemarken, de hoogte van de vliegbelasting te relateren aan de afstand.
We willen daarnaast pleiten voor Europese afspraken rondom vliegbelasting, maar ook accijns op kerosine en Btw-heffing. Europese afspraken moeten ervoor zorgen dat het niet aantrekkelijk wordt om lange vluchten vanaf vluchthavens over de grens te boeken.
Vraag4
Als over lange afstanden meer vliegbelasting wordt betaald, moet worden bepaald vanaf welke afstanden de hogere tarieven gelden. De gekozen afstandsgrenzen kunnen er toe leiden dat landen of gebieden deels in het ene tarief vallen en deels in een ander tarief. Dit kan ongewenst zijn. Een mogelijke oplossing is om voor bepaalde landen of gebieden een aangepast tarief te rekenen. Dit kan op basis van verschillende criteria zoals bijvoorbeeld het hebben van een EU-lidmaatschap of het zijn van een overzees gebied. Het rekenen van een lager tarief voor bepaalde landen of gebieden kan invloed hebben op de hoogte van de tarieven.4. Vindt u dat voor specifieke landen of gebieden andere tarieven moeten worden gerekend dan het tarief waar zij op basis van hun afstand tot Nederland toe behoren? Zo ja, welke landen of gebieden moeten er volgens u verschillend belast worden in de vliegbelasting?
Nee, de afstand is het belangrijkste criterium. Het is van belang dat zeer lange vluchten zwaarder belast worden.
Vraag5
De huidige vliegbelasting kent verschillende uitzonderingen. Voor bijvoorbeeld transferpassagiers en voor vluchten met vliegtuigen met een gewicht van minder dan 4.000 kg. Uitzonderingen of verschillende tarieven kunnen gebruikt worden om bepaald gedrag aan te moedigen of juist te ontmoedigen. Wel maken ze de uitvoering van een belasting vaak complexer. Daarnaast kunnen uitzonderingen leiden tot hogere tarieven.5. Vindt u dat alle soorten vluchten en passagiers gelijk moeten worden belast? Zo nee, welke passagiers en/of vluchten vindt u dat er verschillend belast of zelfs uitgezonderd moeten worden van de vliegbelasting?
Dit zou een mogelijkheid kunnen zijn. De vluchten c.q. passagiers die het meeste vervuilen zouden het zwaarst belast mogen worden. Zo zouden de hogere klassen zwaarder belast kunnen worden dan lagere klassen. Deze differentiatie heeft volgens ons echter minder prioriteit dan differentiatie op afstand van de vlucht.