Wetsvoorstel bevoegdheden schoolonderwijs jonge en oudere kind

Reactie

Naam Hogeschool De Kempel (E Zagwijn)
Plaats Helmond
Datum 29 januari 2021

Vraag1

Hoe beziet u het voorstel voor nieuwe bevoegdheden, mogelijk ook met het oog op arbeidsmarktperspectief? En moeten bekwaamheidseisen hierop aangepast worden? Zo ja, hoe?
Ik vind het een onvoldragen voorstel, dat voor potentiële afstudeerders, opleidingen en het werkveld eerder problemen dan oplossingen voor de toekomst met zich meebrengen. Leerkrachten kunnen moeilijk de diepgang van het leraarschap doorgronden als ze slechts een (klein) deel van het curriculum overzien en slechts weinig verschillen meemaken waar het gaat om de ontwikkeling van kinderen door de jaren heen.
Basisscholen zijn bovendien niet ingericht op het inrichten van gescheiden teams, en dat is ook helemaal niet wenselijk met het oog op doorlopende leerlijnen en een continu zicht op de ontwikkeling van kinderen.
Het is vreemd om de bekwaamheidseisen aan te passen (en ze specifieker te maken voor een bepaalse leeftijdsgroep waarvoor opgeleid wordt). De bekwaamheidseisen zijn redelijk generiek van aard zijn, en daarmee van toepassing op alle beroepscontexten van leerkrachten, ongeacht (soms grote ) verschillen schoolvisie, leerlingpopulatie, leeftijd en/of vakinhoudelijke en didactische keuzes die gemaakt moeten worden.
Een leerkracht die in slechts een deel van die contexten wordt opgeleid, kan de diepgang van het beroep veel moeilijker bereiken.

Vraag2

Welke leeftijdsgrens (of jaarlaag-grens) zou u hanteren voor het jonge en het oudere kind – en waarom? Of op welke manier zou u dit willen bepalen?
Een leeftijdsgrens is altijd arbitrair en daarom niet wenselijk. De ontwikkeling van kinderen verloopt in de praktijk niet automatisch volgens een leerstof-jaargroepenmodel. Niet leeftijd, maar de ontwikkeling van kinderen (op pedagogisch, cognitief en persoonlijk vlak) moet hier centraal staan.
Een indeling in jonge- en oudere kind is bovendien te grof. Een indeling in drie groepen is dan logischer, gezien de verschillen in ontwikkeling van de groepen kinderen die zich in de school bevinden.
Dan zou een indeling in groep 0-1-2-3, 3-4-5 en 5-6-7-8 het meest logisch zijn. (3 t/m 6 jaar, 6 t/m 8 jaar, 8 t/m 12 jaar)

Vraag3

Vindt u het nodig om de toelatingseisen voor de pabo aan te passen aan de nieuwe bevoegdheden? Zo ja, hoe zou u deze willen vormgeven?
Nee. De toelatingseisen helpen om in de Pabo's studenten toe te laten met voldoende cognitieve en algemene ontwikkeling, om met succes op hbo-niveau het complexe (want multi-disciplinaire) beroep van leerkracht te kunnen leren beheersen.
het is niet zo dat je minder goed hoeft te kunnen rekenen, of minder van de wereld hoeft te weten en begrijpen als je jongere kinderen lesgeeft. Dat wat je moet leren en kunnen in het beroep is voor een belangrijk deel generiek. Toelatingseisen moeten dat dus ook zijn.

Vraag4

Heeft u nog aandachtspunten bij het moment van inwerkingtreding van wetgeving per studiejaar 2022-2023?
Als de splitsing van bevoegdheden tóch doorgaat, dan moet dat op opleidingsniveau pas ingaan als de arbeidsrechtelijke kant (geldigheid van bevoegdheden/diploma's, ook met terugwerkende kracht en voor zittende studenten) in het werkveld volledig is geregeld.
Anders worden studenten die starten in zo'n nieuwe opleiding wellicht later geconfronteerd met allerlei beperkingen, oneerlijke concurrentie of gebrek aan werk.
Iets dergelijks gebeurde ook toen indertijd de bevoegdheid voor bewegingsonderwijs werd losgekoppeld van het diploma.