Wetsvoorstel bevoegdheden schoolonderwijs jonge en oudere kind

Reactie

Naam	Kindcentrum De Sprong, ATO-Scholengemeenschap (Dhr. S.J.H. Kooiman)
Plaats	Rosmalen
Datum	6 januari 2021

Vraag1

Hoe beziet u het voorstel voor nieuwe bevoegdheden, mogelijk ook met het oog op arbeidsmarktperspectief? En moeten bekwaamheidseisen hierop aangepast worden? Zo ja, hoe?

Dit is een erkenning van wat in de praktijk al jaren zo wordt ervaren. Niet alleen is het onderwijs verzorgen aan jonge of oudere kinderen wezenlijk verschillend van elkaar, maar hebben leerkrachten in de hedendaagse praktijk vrijwel altijd een duidelijke voorkeur voor en affiniteit met het jongere of oudere kind.

Vraag2

Welke leeftijdsgrens (of jaarlaag-grens) zou u hanteren voor het jonge en het oudere kind – en waarom? Of op welke manier zou u dit willen bepalen?

Dit is op twee manieren te interpreteren:
1. Op basis van didactiek en onderwijsinhoud;
Er is een duidelijke grens tussen groep 2 en groep 3. In de groepen 1 en 2 wordt er spelenderwijs geleerd. Vanaf groep 3 gebeurt dit op basis van instructies. Voor veel leerkrachten is die grens al wezenlijk verschillend, als het neer komt op de affiniteit en bekwaamheid van de leerkracht.
2. Op basis van onderbouw/bovenbouw - leeftijd.
Groep 1 - 4 als onderbouw, Groep 5 - 8 als bovenbouw waarbij de groepen 5/6 nog vaak de titel middenbouw meekrijgen. De grens tussen jongere en oudere kind zou het best passend zijn tussen groep 4 en 5, waarbij de kinderen 7/8 jaar oud zijn.

Op basis van hoe het nu in de praktijk tóch al vaak gebeurd, kijkend naar formaties en voorkeuren van collega’s, heeft nr. 2 mijn voorkeur. De simpele reden hiervoor is dat een leerkracht kiest voor lesgeven aan óf groep 5-8 óf kleuters dan wel groep 3-4.

Vraag3

Vindt u het nodig om de toelatingseisen voor de pabo aan te passen aan de nieuwe bevoegdheden? Zo ja, hoe zou u deze willen vormgeven?

Absoluut. Nogmaals is het verzorgen van onderwijs aan een onderbouw of bovenbouw groep wezenlijk anders, dus zullen de aan te leren (kennis)vaardigheden of verschillen.
Onderbouw: véél meer aandacht spelenderwijs leren, zelfredzaamheid, onderwijs aan kleuters enz.
Bovenbouw: véél meer aandacht voor serieuzere thema’s zoals goed burgerschap, mediawijsheid, zaakvakken (onderwijsinhoud) en specifieke didactische leerkrachtvaardigheden zoals klassenmanagement en communicatiestrategieën.

Vraag4

Heeft u nog aandachtspunten bij het moment van inwerkingtreding van wetgeving per studiejaar 2022-2023?

Misbruik van deze nieuwe splitsing in bevoegdheden door schoolbesturen in verband met het aanhoudende leerkracht tekort ; een specifieke bevoegdheid betekent dat een leerkracht niet meer schoolbreed zou kunnen worden ingezet. Mogelijk zal er een overgangsperiode zijn, waarbij het tekort niet meteen is opgelost maar deze nieuwe leerkrachten wel de arbeidsmarkt betreden.